Bijwerkingen op de lever | Bijwerkingen van Arcoxia

Bijwerkingen op de lever

Hoewel Arcoxia® wordt afgebroken via de nieren, lever schade treedt ook op, vooral bij langdurige behandeling. Dergelijke bijwerkingen manifesteren zich door verhoogde niveaus van de lever enzymen AST en ALT. AST staat voor aspartaataminotransferase, ALT voor alanineaminotransferase.

Te gebruiken zowel enzymen zijn niet alleen actief in de lever, maar ook in veel andere delen van het lichaam. In de lever zijn ze in grote aantallen aanwezig in cellen. Een stijging van beide waarden duidt op leverschade.

In de levercellen bevindt ALT zich in het cytosol, het celwater, en wordt daarom alleen gescheiden van de 'buitenwereld' door de celmembraan. AST, aan de andere kant, komt ook voor in de cellen in de mitochondria. Sinds mitochondria ook omgeven zijn door een membraan, is er meer ernstige celbeschadiging nodig om AST vrij te maken.

Door het quotiënt van AST en ALT te vormen, kunnen conclusies worden getrokken over de omvang van leverschade. Als er tekenen van leverschade optreden tijdens het aanbrengen van Arcoxia, een test van de lever enzymen is gepast. Een symptoom dat op leverschade duidt, is geelzucht (icterus), bijvoorbeeld. De huid en de slijmvliezen van de ogen (sclerae) worden gelig. Pijn in de rechter bovenbuik, vermoeidheid en lusteloosheid en spierkracht pijn zijn zeer niet-specifieke symptomen, maar in de aanwezigheid van verhoogde leverwaarden ze laten ook toe conclusies te trekken over een verstoorde leverfunctie.

Bijwerkingen op de nieren

De afbraak van Arcoxia® vindt plaats in de nier. Patiënten die lijden aan nier zwakte moet daarom nauwlettend worden gecontroleerd tijdens het gebruik van Arcoxia. Hetzelfde geldt voor patiënten met hart- mislukking. EEN hart- met onvoldoende pompcapaciteit kan uiteindelijk ook beperken nier functie. De functie van de nier kan bijvoorbeeld worden gecontroleerd door laboratoriumtests om er zeker van te zijn dat er in het algemeen een goede uitscheiding en functionaliteit is.

Gewichtstoename als bijwerking

Veranderingen in eetlust en eetgedrag zijn mogelijk bij gebruik van Arcoxia®. Dit kan leiden tot gewichtstoename. Het vaker voorkomen van oedeem tijdens behandeling met Arcoxia® kan ook leiden tot gewichtstoename, dit komt door de verhoogde opslag van vocht in het weefsel.

Contra-indicaties voor Arcoxia

Arcoxia® mag nooit worden gebruikt voor bepaalde reeds bestaande aandoeningen, aangezien deze klachten nadelig kunnen worden beïnvloed door langdurig gebruik. Deze contra-indicaties omvatten bekende overgevoeligheid voor het eigenlijke actieve ingrediënt of andere componenten van het medicijn. Bovendien werden eerder waargenomen bijwerkingen en overgevoeligheid voor acetylsalicylzuur (Aspirine) in tegenspraak zijn met het gebruik van Arcoxia®.

Bovendien moet toediening worden vermeden bij patiënten met maagbloeding, inflammatoire gastro-intestinale aandoeningen, hoge bloeddruk (hypertensie) en / of een bekende hart- mislukking. Arcoxia® mag ook niet worden gebruikt tijdens zwangerschap en de daaropvolgende periode van borstvoeding. Over het algemeen mag dit geneesmiddel niet worden ingenomen door kinderen en jongeren tot 16 jaar.