Vaccinatie tegen rotavirus

Definitie

Het rotavirus is wereldwijd wijdverspreid en is de meest voorkomende ziekteverwekker die bij kinderen ontsteking van het maagdarmkanaal veroorzaakt. Vanwege de hoge besmettelijkheid en de lange overlevingstijd van de virussen, bijvoorbeeld aan speelgoed of deurklinken, worden bijna alle kinderen tot 5 jaar ziek. Het rotavirus is de belangrijkste oorzaak van de hoge kindersterfte in ontwikkelingslanden.

In westerse landen is het sterftecijfer door rotavirus extreem laag, maar infectie gaat gepaard met ernstige symptomen zoals koorts, stromende braken en ernstig diarree. Het virus wordt overgedragen via zogenaamde uitstrijkjes, dwz het wordt overgedragen via de ontlasting en handen van de besmette persoon, waarbij de kleinste hoeveelheden virusdeeltjes (ongeveer 15) voldoende zijn om een ​​infectie op te wekken (ter vergelijking: de infectiedosis voor het bekende virus Salmonella enteritidis is tussen 100,000 en 100,000,000 virusdeeltjes). Sinds 2013 is de orale vaccinatie tegen rotavirus opgenomen in het vaccinatieadvies van de STIKO (Standing Vaccination Commission).

Moet ik mijn kind laten vaccineren?

Immunisatie door vaccinatie moet beginnen in week 6 en voltooid zijn in week 24 of 32, afhankelijk van welke van de twee vaccins die beschikbaar zijn in Duitsland dat u heeft gekozen. Het kind krijgt twee enkelvoudige doses oraal (via de mond). Deze enkelvoudige doses moeten met tussenpozen van twee weken worden toegediend en kunnen samen met andere vaccins worden gegeven.

Tijdens vaccinatie wordt het gewijzigd virussen worden geabsorbeerd door het maagdarmkanaal slijmvlies en immuunsysteem formulieren antilichamen tegen het virus. De cellen (B-lymfocyten) die hierop zijn “geprint” virussen (dwz welke vorm antilichamen specifiek aangepast aan deze virussen) kan het lichaam daarna steeds weer opnieuw worden geactiveerd als het kind in contact komt met het virus. Bij contact worden de virussen vervolgens ter plaatse geëlimineerd zonder de ziekte te veroorzaken.

Omdat er veel subtypes van rotavirus zijn, is het mogelijk om geïnfecteerd te raken met een rotavirusstam die niet in de vaccinatie is opgenomen, zelfs niet na vaccinatie. De kans om gevaccineerde kinderen te krijgen diarree neemt af met 41% in het eerste jaar na vaccinatie. Dit geldt zowel voor rotavirusinfecties als voor diarreeziekten veroorzaakt door andere pathogenen. De kans om besmet te raken met een rotavirus neemt het eerste jaar na vaccinatie met 90% af.