Stress: gevolgen van blootstelling en risico op ziekte

De spanning gevolgen zijn het gevolg van de spanningen en de verschillende verwerkingsstrategieën. Ze bestaan ​​uit positieve waarden, namelijk enerzijds de kwaliteit van leven en levenstevredenheid en anderzijds de klachten met hun veelvuldige fysieke en mentale klachten. De som van alles spanning consequenties toont het ziekterisico voor de patiënt onder permanente stress. Veel andere parameters, zoals fysiek voorwaarde, trainingsstatus, seksuele tevredenheid of vrijetijdsgedrag, worden meegenomen in de berekening van het ziekterisico. De volgende vijf onderwerpen bepalen de mate van stressconsequenties bij 'stressdiagnostiek':

  • Kwaliteit van leven
  • Levensvoldoening
  • Klachten
  • Psychosomatische gevolgen van stress
  • Psychologische stress gevolgen

Kwaliteit van leven wordt samengevat als de levensomstandigheden van de patiënt zoals hij die momenteel ervaart, positief of negatief. Wanneer de tevredenheid met het leven in twijfel wordt getrokken, is het bedoeld om de individuele kijk van de patiënt op de vervulling van zijn verwachtingen van zijn leven te beschrijven. Hoe positiever de kwaliteit van leven en tevredenheid met het leven is, hoe lager het risico op ziekte. Hoge waarden op deze twee vakgebieden compenseren ook hoge waarden op het gebied van mentale en fysieke klachten. Om de ziekterisico's van de patiënt vast te leggen, wordt een zeer breed spectrum van mogelijke klachten en symptomen op het gebied van psychosomatische en psychische aandoeningen bevraagd. Uit de som van de klachten wordt een score gevormd, die wordt afgezet tegen de mate van levenstevredenheid en kwaliteit van leven. Vragenlijstonderzoeken zijn een valide instrument in de psychologie om de omvang van klachten vast te leggen. Dus in het bovenstaande diagram de lengte van de laagste bars in samenvatting geeft de omvang van de spanning gevolgen van de "stressdiagnostiek". In hetzelfde diagram kunnen de berekende resultaten van de spanningen (spanning) en de negatieve en positieve verwerkingsstrategieën worden afgelezen. Figuur 3: Berekend totaalresultaat van de "stressdiagnostiek" (voorbeeld eustress: "sterke" stress en "lichte" stressgevolgen met hoog positief copinggedrag)

Figuur 4: Berekend totaalresultaat van de “stressdiagnostiek” (voorbeeld Disstress: “zeer sterke” stress met “sterke” stressgevolgen en laag positief copinggedrag).

De stressconsequenties zijn een belangrijke parameter om het risico op ziekte snel en betrouwbaar te identificeren. Hoe meer uitgesproken de stressconsequenties zijn - zie onderaan bars in het diagram - hoe groter het risico op ziekte. De arts beschikt bij hoge risicowaarden over de volgende stappen:

1e stap: analyse van de resultaten van de “stressdiagnostiek”. Arts en patiënt leren in één oogopslag of spanningen (stress) de oorzaak kunnen zijn van een mogelijk verhoogd risico op ziekte (verhoogd in het algehele resultaat laagste bars belasting gevolgen) en of de verwerkingsstrategieën (middelen) positief of negatief zijn en wat hun kenmerken zijn. Bij hoge stressgevolgen zonder hoge belasting / stress moeten andere oorzaken van de klachten worden gezocht. In principe worden stressverlagende maatregelen (zie hieronder) aangegeven bij hoge stress en gebrek aan middelen, ook als er nog geen stressgevolgen zijn (voorbeeld 2 in Figuur 5). Figuur 5: Maatregelen voor preventie en therapie bij hoge stressniveaus

Stap 2: Als de patiënt lijdt aan hoge stress en de stressconsequenties niet aanwezig zijn (varianten 1 en 2 in figuur 5), kan de arts de relevante onderwerpen uit de resultaten van de 'stressdiagnose' met de patiënt bespreken - als die er zijn indicaties van ontbrekende bronnen. De arts kan dan preventieve maatregelen nemen. Als er niet genoeg tijd is, moet deze taak worden toegewezen aan een psycholoog of psychotherapeut. Bij eustress (variant 1 in figuur 5) zijn doorgaans geen maatregelen nodig. Stap 3: Indien verhoogde stressgevolgen aanwezig zijn (varianten 3 en 4 in Figuur 5), bespreekt de arts de resultaten van de laatste drie themagebieden van de “stressdiagnostiek” - klachten, psychosomatische stressconsequenties, psychologische stressconsequenties - met zijn patiënt in detail. Indien nodig vindt een gerichte bevraging plaats over de bestaande psychische en lichamelijke aandoeningen. In de parallelle medische diagnostiek kan de arts herkennen of deze aandoeningen te wijten zijn aan de blijvende stress of aan andere oorzaken. Comorbiditeiten zoals Depressie or Angst stoornissen duidelijk worden in het gesprek. Hoe meer de negatieve middelen de overhand hebben, hoe intensiever psychotherapeutische strategieën moeten worden toegepast.