Epicardium

De hart- bestaat uit verschillende lagen. De buitenste laag van de hart- muur is het epicardium (buitenste huid van het hart). Het epicardium zit stevig vast aan het onderliggende myocard (hart- spierweefsel).

Structuur / histologie

Om de hele structuur van de lagen te begrijpen, kun je het beste nog een keer naar het hele hart kijken. Aan de binnenkant is het endocardium, daarboven de dikste laag, de spierlaag (myocard). Het epicardium ligt bovenop deze laag als een "coating".

Het hele hart is weer bedekt met de hartzakje, het hartzakje, dat uit twee bladeren bestaat, de binnenste en de buitenste. Het epicardium (buitenste laag van het hart) is ook het binnenblad van de hartzakje (pericardium), ook wel de lamina visceralis genoemd. Het buitenblad van de hartzakje is de lamina parietalis.

Tussen de epicardium / viscerale lamina en de pariëtale lamina is er een nauwe opening, de pericardiale holte, die een film van vloeistof bevat. De epicard / viscerale lamina kan zelf in twee lagen worden verdeeld. De buitenste laag die naar de opening is gericht, is het mesothelium.

Hieronder is de subserosa. Het is erg smal en bestaat uit bindweefsel. Hieronder is het epicardiaal vetweefsel, waar het eerste deel van de kransslagader schepen ligt.

Functie

Het epicardium kan het zogenaamde liquor pericardium produceren, dat de vloeistof vormt in de opening (cavitas pericardii) tussen het epicardium en het aangrenzende blad van het pericardium. Het is een sereuze vloeistof. De hoeveelheid pericardiale CSF is ongeveer 10-12 ml. Zijn functie is om wrijving tussen de twee bladeren van het pericardium tijdens hartactiviteit te verminderen. Het epicardium is dus mede verantwoordelijk voor de goede mobiliteit van het hart in relatie tot zijn omgeving.

Ziekten

Als de kleine hoeveelheid liquor pericardii in de pericardiale opening wordt overschreden, wordt dit genoemd pericardiale effusie. Dit kan gebeuren in de context van pericarditis of perimyocarditis. Hoe meer vocht zich ophoopt, des te waarschijnlijker is het dat de pompfunctie van het hart wordt aangetast, omdat het hart niet meer goed kan uitzetten en zich dus kan vullen.

In het geval van grote pericardiale effusies, ademhaling moeilijkheden (dyspneu) worden gevoeld. Als het hartzakje is getamponeerd, kan vochtophoping al bij 100-200 ml optreden. Pericardiale effusie kan worden gediagnosticeerd door echografie. Een hartzakje prik biedt verlichting.