Bishop's Weed

De plant is inheems in de mediterrane gebieden, maar ook op de Canarische Eilanden, Marokko en Egypte; het wordt verbouwd in Chili, Argentinië, Mexico en Noord-Amerika. Commerciële teelt vindt voornamelijk plaats in Marokko, Tunesië en Egypte.

De rijpe vruchten worden gebruikt, maar gestandaardiseerd extracten van hen worden ook vaak gebruikt.

Bishop's wiet: kenmerken van de plant

Tandenstoker amei is een eenjarig tot tweejarig kruid dat tot 1 m hoog kan worden. Het heeft meerdere geveerde bladeren met filamenteuze uiteinden. Kleine witte bloemen groeien naast hen in grote samengestelde schermen. De bloemschermstralen worden gebruikt als tandenstokers, waar de plant zijn naam aan ontleent.

De vruchten zijn klein en grijsbruin, meestal gebroken in halfvruchten. De deelvruchten zijn ongeveer 0.9 mm breed en tot 3 mm lang en lijken qua vorm op een ei. Ze dragen geen haren, maar ongeveer vijf lichter ribben en een soort stamperpad aan het ene uiteinde.

Bishop's wiet - hoe smaakt en ruikt het?

De vruchten van bisschopswiet zijn geurloos. De smaak laat zich het best omschrijven als bitter en licht aromatisch.