Laboratoriumparameters van de 2e orde - afhankelijk van de resultaten van de geschiedenis, fysiek onderzoek en verplichte laboratoriumparameters - voor differentiële diagnostische verduidelijking.
- Klein aantal bloedcellen [alcoholafhankelijkheid: MCV ↑]
- Differentiële bloedbeeld
- Ontstekingsparameters - CRP (C-reactief proteïne) of ESR (bezinkingssnelheid van erytrocyten).
- Vastend glucose (vasten bloed glucose).
- Schildklierparameters - TSH
- Bloed smeer als malaria of andere infectieziekten worden vermoed.
- Serologische tests - als bacteriële, virale of parasitaire ziekten worden vermoed.
- Interferon-gamma-afgiftetest (synoniemen: γ-interferon-test; Engelse interferon-gamma-afgiftetest, IGRA) - voor verdenking op tuberculose [specificiteit (waarschijnlijkheid dat daadwerkelijk gezonde mensen die niet aan de betreffende ziekte lijden, ook als gezond worden test) voor de detectie van latente tuberculose is hoger dan voor de tuberculinehuidtest; het testresultaat wordt niet beïnvloed door een eerdere BCG-vaccinatie]
- Autoantilichaamverslavingstests
- Tumormarkers - afhankelijk van de vermoedelijke diagnose.
- FSH, 17-beta-estradiol - uitsluiten menopauze.
- Testosteron - om andropauze uit te sluiten.
- Carbodeficient transferrine (CDT) [CDT ↑ bij chronisch alcoholisme]
- Antilichamen bij vermoedelijke auto-immuunziekten zoals ANA (antinucleaire antilichamen).
- Drugs test