Taken voor het metabolisme | Taken van de lever

Taken voor de stofwisseling

De lever is het centrale metabolische orgaan van het lichaam. Het reguleert de stofwisseling van eiwitten, vetten en suikers, maar ook mineralen, vitaminen en hormonen​ De voedingsstoffen worden van de darm naar de lever via het portaal ader en worden daar opgenomen.

De lever kan dan de verschillende treden verdelen. Op deze manier kunnen de stoffen worden omgezet in andere of worden uitgescheiden. Tegelijkertijd kan de lever ook nieuwe stoffen opbouwen die belangrijk zijn voor de stofwisseling.

Deze omvatten eiwitten, stollingsfactoren, suiker, vetzuren en natuurlijk cholesterol​ Al deze stoffen zijn nodig om andere stoffen te vervoeren (eiwitten), om membranen op te bouwen (cholesterol), om te synthetiseren hormonen (cholesterol, eiwitten), om energiereserves (vetzuren, suiker) op te bouwen en energie vrij te maken (suiker, vetzuren, eiwitten). De meeste stoffen die de lever binnenkomen, worden naar behoefte aan de andere organen doorgegeven.

Alleen de overtollige stoffen worden in de lever vastgehouden en daar opgeslagen als reserve om indien nodig aan de andere organen te worden afgegeven. Met name suiker (glycogeen), in vet oplosbaar vitaminen en mineralen (ijzer) worden opgeslagen in de lever.