Lijnzaad

Vlas is een oeroud gewas dat oorspronkelijk uit West-Europa en het Middellandse Zeegebied komt. Tegenwoordig vindt wereldwijd teelt van de plant plaats, vaak met behulp van de zogenaamde kruising flax als een variëteit. Vlas zaden, die medicinaal worden gebruikt, worden voornamelijk geïmporteerd uit Marokko, België, Hongarije, Argentinië en India.

Vlas en lijnzaad in de kruidengeneeskunde.

In kruidengeneeskunde men gebruikt de rijpe en gedroogde zaden van het vlas (Lini-sperma). Daarnaast worden echter ook de olie en de vezels van de plant gebruikt.

Kenmerken van vlas

Vlas is een eenjarige, tot 1 m hoge, zachte plant met rechtopstaande, slanke stengels. De bladeren van de plant zijn smal en onbehaard. De mooie lichtblauwe kronen openen alleen in de zon.

De vruchten zijn lichtbruin van kleur capsules, die verschillende roodbruine, gladde zaden bevatten. Er zijn rassen die alleen worden gekweekt voor de extractie van vlasvezels, andere worden uitsluitend gebruikt voor de extractie van lijnzaad.

Wat zijn lijnzaad precies?

Het materiaal dat medicinaal kan worden gebruikt, bestaat uit lijnzaad. Dit zijn glanzende, (roodachtig) bruine, platte zaden die aan het ene uiteinde iets breder zijn dan het andere. Aan de smallere kant hebben de zaden ook een kleine, lateraal gekromde snavel. De zaden zijn ongeveer 4-6 mm lang.

Als ze in water, een dikke slijm er vormt zich om hen heen een coating.

De geur en smaak van lijnzaad

Lijnzaad is geurloos als ze niet worden geplet. De smaak van de zaden is licht olieachtig, en bij het kauwen wordt een slijmerige smaak gevoeld.