Dierenarts: diagnose, behandeling en keuze van arts

Een dierenarts, ook wel dierenarts genoemd, houdt zich bezig met het onderzoeken, diagnosticeren en behandelen van dierziekten in de breedste zin van het woord. In principe wordt, afhankelijk van de locatie en het verantwoordelijkheidsgebied, onderscheid gemaakt tussen plattelandsdierenartsen en kleine dierenartsen. Om als dierenarts te kunnen werken, moet een relevante universitaire opleiding zijn afgerond.

Wat is een dierenarts?

Een dierenarts, ook wel dierenarts genoemd, houdt zich bezig met het onderzoeken, diagnosticeren en behandelen van dierziekten in de breedste zin van het woord. Dierenartsen, in technische termen bekend als dierenartsen, zijn dieren met een vergunning van de overheid volksgezondheid beoefenaars. Hun missie is om dierenleed te voorkomen of te verlichten, de volksgezondheid van alle soorten dieren, en mensen beschermen tegen schade veroorzaakt door dierziekten. Voordat studenten als dierenarts gaan werken, moeten ze ten minste tien semesters universitaire studie voltooien. Na het voltooien van een bijbehorend proefschrift, dragen afgestudeerden de titel van Dr. med. dierenarts. Ze kunnen zich tijdens hun studie al specialiseren in een van de vakgebieden. Deze worden bepaald op basis van het werkterrein (interne geneeskunde, tandheelkunde, enz.) Of op basis van het type dier dat moet worden verzorgd. Specialisatie in de behandeling van boerderijdieren of kleine dieren is ook mogelijk, al zijn dit geen specialiteiten in strikte zin.

Behandelingen en therapieën

Dierenartsen hebben primair de taak om voor dieren te zorgen voor zover hun volksgezondheid wordt gehandhaafd en mogelijke ziekten worden professioneel behandeld. Welke taken door hen in detail worden uitgevoerd, hangt onder meer af van of er specialisatie heeft plaatsgevonden en welke diersoorten überhaupt worden verzorgd. Een landelijke dierenarts houdt zich bezig met vaccinaties, verloskunde, klauwen trimmen en de behandeling van veel voorkomende ziekten die voorkomen bij landbouwhuisdieren. Het onderwerp van soortspecifieke houderij, waar de dierenarts op moet letten, speelt hier ook een zeer belangrijke rol. Dierenartsen in kleine dierenpraktijken hebben zeer vergelijkbare taken: ze zorgen voor kleine huisdieren zoals katten, honden, knaagdieren en vogels en zijn hier verantwoordelijk voor bijvoorbeeld pels- en klauwverzorging, castratie of sterilisatie of de behandeling van soortspecifieke ziekten en klachten. Deze omvatten spijsverteringsstoornissen evenals allergische reacties, verkoudheid of kanker​ Bij de praktijk van kleine dieren moet ook rekening worden gehouden met de emotionele gehechtheid van eigenaren van gezelschapsdieren aan patiënten. Als dierenartsen bijvoorbeeld werkzaam zijn in het onderzoek of in de voedingsmiddelenindustrie, wordt er speciale aandacht besteed aan het wetenschappelijke aspect van de diergeneeskunde. Ook hygiëne en de daarmee samenhangende preventie van epidemieën mogen niet worden verwaarloosd; dit verantwoordelijkheidsgebied wordt onder meer ook overgenomen door de officiële dierenarts.

Diagnostische en onderzoeksmethoden

Dierenartsen gebruiken, afhankelijk van hun individuele toepassingsgebied en taak, heel verschillende diagnostische en onderzoeksmethoden. Deze verschillen nu nauwelijks van die welke in de menselijke geneeskunde worden gebruikt. Naast een visueel onderzoek van de patiënt en een uitvoerige bespreking met de eigenaar van het dier, afhankelijk van de symptomen en vermoedens, een bloed of urinetest kan worden uitgevoerd. Beeldvormingsprocedures zoals ultrageluid or Röntgenstraal onderzoeken of computertomografie worden tegenwoordig ook in de diergeneeskunde gebruikt om breuken, inwendige verwondingen of ontstekingen, tumoren en dergelijke op te sporen. Als een operatie noodzakelijk is, gebruikt de dierenarts een geschikt verdovingsmiddel, afhankelijk van de soort en de grootte van het dier, om het dier te kalmeren. De chirurgische instrumenten die bij een chirurgische ingreep worden gebruikt, verschillen ook hoogstens in grootte van die welke in de menselijke geneeskunde worden gebruikt. Omdat dieren niet altijd stilstaan ​​tijdens de noodzakelijke en soms soms onaangename onderzoeken op de dierenartspraktijk, is het in de diergeneeskunde vaker nodig om anesthetica toe te dienen (zij het in kleine doses) om een ​​juiste diagnose te stellen of om bepaalde procedures.

Waar moet de eigenaar van het huisdier op letten?

Bij het kiezen van de juiste dierenarts moeten eigenaren van gezelschapsdieren letten op hoe goed de dierenarts in kwestie bekend is met de specifieke soort. Niet elke praktijk met kleine dieren is even ervaren in het behandelen van verschillende soorten dieren. De interactie van de dierenarts met het individuele dier en ook met de eigenaar van het huisdier geeft informatie of er voldoende empathie is. Last but not least is de vraag naar de juiste dierenarts niet alleen een professionele, maar ook een persoonlijke. Daarom dient voor de eerste daadwerkelijke behandelafspraak indien mogelijk een gesprek plaats te vinden waarin vakbekwaamheden worden opgehelderd en idealiter een vertrouwensrelatie tot stand komt.