Cladribine

Producten

Cladribine is goedgekeurd voor de behandeling van multiple sclerose in de EU in 2017 en in de Verenigde Staten en veel landen in 2019 in tabletvorm (Mavenclad). Cladribine is sinds 1998 in veel landen ook in de handel verkrijgbaar als infusie- en injectieoplossing (Litak). Dit artikel heeft betrekking op MS-therapie.

Structuur en eigenschappen

Cladribine (C.10H12CIN5O3, Mr = 285.7 g / mol) is een 2-chloorderivaat van 2′-deoxyadenosine. Chlorering beschermt de nucleoside-analoog tegen metabolische afbraak. Cladribine bestaat als een wit, niet-hygroscopisch en kristallijn poeder.

Effecten

Cladribine (ATC L01BB04) heeft selectieve cytotoxische, proapoptotische en immunomodulerende eigenschappen. Het is een prodrug die in cellen wordt gefosforyleerd tot het actieve trifosfaat Cd-ATP. Deze activering vindt voornamelijk plaats in lymfocyten (B- en T-cellen), waarvan het aantal daardoor afneemt. B- en T-cellen zijn significant betrokken bij de ontwikkeling van multiple sclerose. De selectieve reductie leidt tot een significante afname van het terugvalpercentage. De effecten zijn gebaseerd op integratie in DNA, dat de DNA-synthese remt en apoptose induceert. Cladribine concurreert onder meer met deoxyadenosinetrifosfaat voor opname in DNA door DNA-polymerasen. Het medicijn heeft een halfwaardetijd van ongeveer 24 uur.

Indicaties

Voor de behandeling van volwassen patiënten met zeer actieve relapsing-remitting multiple sclerose (MS) gedefinieerd door klinische bevindingen of beeldvormende bevindingen.

Dosering

Volgens de SmPC. De therapie bestaat uit twee behandelfasen die twee opeenvolgende jaren beslaan. Elke behandelfase bestaat uit twee behandelweken, één aan het begin van de eerste maand en één aan het begin van de tweede maand van elk behandeljaar. Elke behandelweek bestaat uit 4 of 5 dagen waarin de patiënt de tablets als een enkele dagelijkse dosis. Andere geneesmiddelen moeten worden ingenomen met een tijdsinterval van ten minste drie uur. De inname is onafhankelijk van maaltijden. Na voltooiing van de twee behandelfasen is geen verdere behandeling met cladribine vereist in jaar 3 en 4. Hervatting van de therapie na jaar 4 is niet onderzocht. Raadpleeg de SmPC voor gedetailleerde instructies!

Contra-indicaties

  • overgevoeligheid
  • Infectie met het HI-virus
  • Ernstige actieve infecties, actieve chronische infectie (bijv. tuberculose or hepatitis).
  • Start van de behandeling bij immuungecompromitteerde patiënten, inclusief patiënten die momenteel immunosuppressieve of myelosuppressieve therapie krijgen.
  • Bestaande actieve maligniteiten.
  • Geschiedenis van progressieve multifocale leukencefalopathie.
  • Matige of ernstige nierfunctiestoornis.
  • Kinderen en jongeren onder de 18 jaar
  • Zwangerschap en borstvoeding

Volledige voorzorgsmaatregelen zijn te vinden op het medicijnetiket.

Bijwerkingen

De meest voorkomende mogelijke bijwerkingen omvatten lymfopenie, afname van het aantal neutrofielen, oraal herpes, dermatomaal herpes zoster, uitslag en haaruitval.