Behandeling | Wat is paranoïde schizofrenie?

Behandeling

Elke therapie voor paranoïde schizofrenie moet worden voorafgegaan door een nauwkeurige diagnose en beoordeling van de individuele symptomen, aangezien de therapie voor schizofrenie grote individuele verschillen heeft en daarom kan worden aangepast aan het symptoomspectrum van de patiënt. De meeste patiënten zijn in principe poliklinisch te behandelen en hoeven niet langdurig in de kliniek te blijven. Dit laatste is vooral nodig in acute fasen.

Als basistherapie voor schizofreniestructurele aanbiedingen zoals sport, fysiotherapie of muziektherapie dienen altijd te worden gebruikt. De kern van schizofrenie behandeling is in de meeste gevallen het gebruik van neuroleptica​ Afhankelijk van de exacte vorm van de ziekte zijn er veel verschillende neuroleptica kunnen worden gebruikt.

Het sterkste effect van deze therapie is te zien in de acute fase. Bij de langdurige behandeling van schizofrenie, psychotherapie speelt een essentiële rol naast medicamenteuze behandeling. Dit bestaat meestal uit gedragstherapie, die wordt ondersteund door cognitieve therapie en psycho-educatie.

Psycho-educatie is een relatief nieuw therapieconcept dat tot doel heeft patiënten intensief met hun ziekte om te laten gaan en deze zo beter te begrijpen. Zo is er bij de behandeling van paranoïde schizofrenie een zeer breed spectrum aan therapeutische mogelijkheden beschikbaar om recht te doen aan de individuele patiënt en om voor het symptoomspectrum een ​​optimale therapie te kunnen vinden. Medicamenteuze therapie is een van de belangrijkste pijlers bij de behandeling van schizofrenie.

Het meest voor de hand liggende effect wordt bereikt bij de acute behandeling van schizofrene psychosen, terwijl bij langdurige behandeling andere therapeutische strategieën, zoals psychotherapie, belangrijker worden. Bij de behandeling van schizofrenie zijn er in principe tal van medicijnen die overwogen kunnen worden. Deze omvatten antipsychotica of neuroleptica, maar ook benzodiazepines of antidepressiva.

Antipsychotica zijn tegenwoordig onderverdeeld in 2 grote groepen, die worden gekenmerkt door verschillende bijwerkingenprofielen. De "typische" antipsychotica omvatten milde tot zeer krachtige stoffen (Haloperidol, Melperon, ...), die zeer goede claimpercentages laten zien bij acute schizofrenie. psychose​ Wat ze echter gemeen hebben, is dat ze kunnen leiden tot motorische stoornissen die sterk lijken op de ziekte van Parkinson.

Deze bijwerkingen worden samengevat als de zogenaamde extrapiramidale motorische stoornis (EPMS). 'Atypische' antipsychotica leiden daarentegen veel minder vaak tot deze ernstige bijwerking, maar gaan vaker gepaard met gewichtstoename of veranderingen in hart- activiteit. Het meest gebruikte atypische antipsychoticum is clozapine.

Naast het antipsychotische effect hebben veel geneesmiddelen in deze stofklasse ook een positief effect op eventuele negatieve symptomen (verlies van rijvaardigheid, afvlakking van het affect, ..). Hoe lang een medicamenteuze behandeling moet worden ingenomen, hangt grotendeels af van het eerdere verloop van de ziekte. Als de eerste schizofrene episode slechts gedurende zes tot negen maanden wordt aanbevolen, wordt de gebruiksperiode verlengd tot drie tot vijf jaar na de tweede episode.