Voortijdige zaadlozing (Ejaculatio Praecox)

Ejaculatio praecox (EP; synoniemen: ejaculatio precox; ejaculatio praecox; premature ejaculatie; ICD-10-GM F52.4: ejaculatio praecox) is voortijdige ejaculatie (die eerder optreedt dan gewenst) bij mannen tijdens geslachtsgemeenschap. Dit kan gebeuren vóór of tijdens penetratie van de vagina (schede).

Ejaculatio praecox behoort tot de groep van ejaculatiestoornissen samen met vertraagde ejaculatie (ejaculatio retarda) en afwezige of onmogelijke ejaculatie.

Bovendien is ejaculatio praecox een van de meest voorkomende seksuele stoornissen bij mannen. Bijna elke man zal ooit in zijn leven voortijdige ejaculatie hebben gehad. Dit wordt echter alleen als pathologisch beschouwd als voortijdige ejaculatie optreedt bij de meeste seksuele contacten.

De richtlijn van de International Society of Sexual Medicine (ISSM) definieert ejaculatio praecox [zie onderstaande richtlijnen] als volgt:

  • Ejaculatie vindt altijd of bijna altijd plaats vóór of binnen één minuut na vaginale penetratie, hetzij sinds de eerste seksuele ervaring (levenslange premature effusie) of de latentie aanzienlijk is afgenomen, vaak tot minder dan drie minuten (verworven premature effusie).
  • Het is onmogelijk om de ejaculatie bij alle of bijna alle vaginale penetraties uit te stellen.
  • De situatie heeft negatieve gevolgen voor de patiënt, zoals spanning, woede, frustratie en / of het vermijden van seksuele intimiteit.

De zogenaamde IELT - “intravaginale ejaculatoire latentietijd (IVELT) - beschrijft de periode vanaf het inbrengen van de penis in de vagina tot ejaculatie in de vagina. De waargenomen normale tijd van penetratie tot ejaculatie is gemiddeld 7 minuten. Bij mannen met ejaculatio praecox is de IELT minder dan 2 minuten.

Piekincidentie: de incidentie van ejaculatio praecox is vergelijkbaar in alle leeftijdsgroepen.

De prevalentie (ziekte-incidentie) is 25-30% van de mannelijke bevolking (wereldwijd). In continenten zoals Azië, Midden- en Zuid-Amerika is de prevalentie hoger. In een cross-sectionele studie ondervroeg een onderzoeksgroep van de Universiteit van Napels meer dan 1,000 mannen: op basis van de analyse van gestandaardiseerde vragenlijsten, 19% van de proefpersonen werden gediagnosticeerd met ejaculatio praecox. 64% van de getroffenen had altijd voortijdige zaadlozing gehad (= levenslange voortijdige zaadlozing); bij 35% deed het probleem zich op latere leeftijd voor.

Verloop en prognose: Ejaculatio praecox leidt tot blijvende ontevredenheid bij ten minste één van de partners. In eerste instantie moeten organische en drugsgerelateerde oorzaken worden uitgesloten. In de regel staan ​​psycho- en gedragstherapeutische maatregelen op de voorgrond van de therapie. De therapie van ejaculatio praecox wordt begrepen als relatietherapie. Seksuele therapie geeft de beste prognose.

Comorbiditeit (bijkomende ziekten): in veel gevallen hebben patiënten met seksuele disfunctie Depressie (12.5%) en / of Angst stoornissen (23.4%).