Extrasystoles: diagnostische tests

Verplichte diagnostiek van medische hulpmiddelen. Elektrocardiogram (ECG; registratie van de elektrische activiteit van de hartspier) - geeft de geleiding van excitatie in het hart aan (volgende afkortingen: zie rust-ECG hieronder) Supraventriculaire extrasystole (SVES); oorsprong: atriale myocardium/atriale spieren; typische kenmerken: Extrasystole treedt eerder op dan het QRS-complex dat eigenlijk zou moeten worden verwacht P-golf vervormd of afwezig PQ … Extrasystoles: diagnostische tests

Extrasystoles: micronutriëntentherapie

In het kader van de geneeskunde met micronutriënten (vitale stoffen) worden de volgende vitale stoffen (micronutriënten) gebruikt om ongespecificeerde extrasystole te voorkomen (voorkomen). Kalium Magnesium In het kader van de geneeskunde met micronutriënten (vitale stoffen), worden de volgende vitale stoffen (micronutriënten) gebruikt voor ondersteunende therapie van atriale extrasystole. Magnesium In het kader van de geneeskunde met micronutriënten (vitale stoffen), zijn de volgende essentiële … Extrasystoles: micronutriëntentherapie

Extrasystoles: preventie

Om extrasystolen te voorkomen, moet aandacht worden besteed aan het verminderen van individuele risicofactoren. Gedragsrisicofactoren Voeding Tekort aan micronutriënten (vitale stoffen) - zie Preventie met micronutriënten. Consumptie van stimulerende middelen Alcohol - 6 drankjes (70 g alcohol) per dag: 200% verhoogd risico op supraventriculaire aritmieën. Koffie Tabak (roken) Psychosociale situatie Stress

Extrasystoles: oorzaken

Pathogenese (ziekteontwikkeling) Extrasystolen zijn voortijdige samentrekkingen van de hartspier tussen normale samentrekkingen als gevolg van autonome excitatie. Extrasystolen ontstaan ​​niet in de sinusknoop (wat het normale pacemakercentrum is) maar in ectopische (buiten de normale pacemakerstructuren) excitatiecentra. Afhankelijk van de plaats van herkomst in het hart is er een onderscheid … Extrasystoles: oorzaken

Extrasystoles: therapie

Algemene maatregelen Nicotinebeperking (afzien van tabaksgebruik). Beperkt alcoholgebruik (mannen: max. 25 g alcohol per dag; vrouwen: max. 12 g alcohol per dag). Beperkte cafeïneconsumptie (max 240 mg cafeïne per dag; komt overeen met 2 tot 3 kopjes koffie of 4 tot 6 kopjes groene/zwarte thee). Vermijden van psychosociale stress: … Extrasystoles: therapie

Extrasystoles: classificatie

Differentiatie van ventriculaire extrasystolen op langetermijn-ECG volgens Lown-classificatie. Eenvoudige ventriculaire extrasystolen (VES). Graad 0 Geen VES Graad I <30 monomorfe VES/u Graad II > 30 monomorfe VES/u Complexe ventriculaire extrasystolen (VES). Graad IIIa Polymorfe VES Graad IIIb Bigeminus Graad IVa Koppelingen Graad IVb Volleys Graad V R-on T-fenomeen

Extrasystoles: onderzoek

Een uitgebreid klinisch onderzoek is de basis voor het selecteren van verdere diagnostische stappen: algemeen lichamelijk onderzoek, inclusief bloeddruk, pols, lichaamsgewicht, lengte; verder: Inspectie (bekijken) van de huid en slijmvliezen. Auscultatie (luisteren) van het hart Auscultatie van de longen

Extrasystoles: test en diagnose

2e orde laboratoriumparameters – afhankelijk van de resultaten van de anamnese, lichamelijk onderzoek, enz. – voor differentiële diagnostische verduidelijking Klein bloedbeeld Inflammatoire parameters – CRP (C-reactief proteïne) of ESR (erytrocytsedimentatiesnelheid). Elektrolyten – kalium, magnesium Schildklierparameters – TSH Zeer gevoelig cardiaal troponine T (hs-cTnT) of troponine I (hs-cTnI) – voor … Extrasystoles: test en diagnose

Extrasystoles: medische geschiedenis

De medische geschiedenis (ziektegeschiedenis) vormt een belangrijk onderdeel bij de diagnose van extrasystolen. Familiegeschiedenis Heeft u familieleden die lijden aan hartinfarcten of andere hartritmestoornissen? Sociale geschiedenis Zijn er aanwijzingen voor psychosociale stress of spanning als gevolg van uw gezinssituatie? Actuele anamnese/systemische voorgeschiedenis (somatische en psychische klachten). Wanneer heeft de… Extrasystoles: medische geschiedenis

Extrasystoles: of iets anders? Differentiële diagnose

Cardiovasculair systeem (I00-I99). Atrioventriculaire inspringende tachycardie (AVRT) - behoort tot paroxysmale supraventriculaire tachycardie; resulteert in epileptische episodes van tachycardie (te snelle hartslag: >100 slagen per minuut), duizeligheid en mogelijk tekenen van acuut hartfalen (hartzwakte Sinusaritmie – meestal respiratoire sinusaritmie (fysiologische schommelingen van de hartslag als gevolg van ademhaling) Sinustachycardie – … Extrasystoles: of iets anders? Differentiële diagnose

Extrasystoles: follow-up

Extrasystoles zijn meestal onschadelijk en veroorzaken geen secundaire ziekten. In individuele gevallen kunnen ventriculaire (optredend in het ventrikel van het hart) extrasystolen echter leiden tot de volgende ziekten of complicaties: Cardiovasculaire aandoeningen (I00-I99). Springen naar een ander hartritme. Psyche - zenuwstelsel (F00-F99; G00-G99) Angst