Duur van de operatie | Operatie van een schouderluxatie

Duur van de operatie

Bij arthroscopische chirurgie (minimaal invasieve chirurgie), die gewoonlijk wordt uitgevoerd, bedraagt ​​de operatieduur gewoonlijk 30-45 minuten. Als het een meer gecompliceerde dislocatie is met meerdere bijkomende verwondingen, kan de operatietijd ook langer zijn. Het is echter over het algemeen een korte handeling.

Voordelen van de operatie

In veel gevallen is een operatie niet nodig, omdat de handmatige herpositionering van de schoudergewricht en daaropvolgende fysiotherapie zijn volledig voldoende. Vooral oudere mensen, van wie de sportieve / fysieke activiteit meestal beperkt is, hebben geen operatie nodig (als er geen grote verwondingen in het schoudergebied zijn), omdat anesthesie bij oudere patiënten met hogere risico's gepaard gaat dan bij jongere patiënten. Bovendien duurt het genezingsproces na een operatie langer, aangezien de schouder niet gedurende lange tijd volledig belast mag worden. Na een conservatieve behandeling, de schoudergewricht moet ook ongeveer twee weken worden beschermd, maar het genezingsproces gaat nog steeds sneller dan na een invasieve procedure.

Complicaties

Veel voorkomende complicaties na schouderdislocatie zijn:

  • Bevroren schouder
  • Breuk (Tuberculum majus-traan)
  • Letsel aan zenuwen (axillaire zenuw)
  • Gewrichtsbloedingen als gevolg van capsuleletsel Kapselruptuur

Hoe lang ben je met ziekteverlof?

Na een operatie is een beperking van de mobiliteit te verwachten. Het is echter niet mogelijk om een ​​algemeen antwoord te geven op de vraag hoe lang men ziek zal zijn na een schouderdislocatie die operatief is behandeld. Er is echter minstens één week te verwachten, waarvan twee dagen nodig kunnen zijn voor het intramurale verblijf na de operatie. Bovendien kunnen patiënten, afhankelijk van de fysieke belasting van het werk, voor langere tijd ziek worden. Als de niet-dominante arm wordt aangetast (de linkerarm voor rechtshandigen en vice versa), kan afhankelijk van het beroep eerder worden hervat.

Nazorg

De operatie wordt niet poliklinisch uitgevoerd, maar intramuraal. Na de operatie blijven patiënten meestal ongeveer twee dagen in het ziekenhuis om het verdere verloop van de operatie te observeren. Na de operatie moet de arm voorlopig worden gespaard om een ​​nieuwe schouderdislocatie te voorkomen.

Gedurende de eerste zes weken na de operatie mag de arm slechts beperkt worden bewogen en moet 's nachts een speciaal schouderverband (Desault- of Gilchrist-verband) worden gedragen. Een volledige immobilisatie van de arm in de eerste zes weken moet echter koste wat het kost worden vermeden, omdat anders de spieren en pezen zal teruglopen, wat resulteert in gewrichtsstijfheid. Gerichte oefeningen moeten worden uitgevoerd met een fysiotherapeut.

In de eerste zes maanden na de operatie moeten sporten die boven het hoofd worden beoefend of teamsporten met fysiek contact of een groter risico op blessures worden vermeden. Fysiotherapeutische behandeling is zowel geïndiceerd als de schouderdislocatie conservatief wordt behandeld als na een operatie. Fysiotherapie dient ter versterking de schoudermusculatuur en zorg er dus voor dat het bijdraagt ​​aan een verhoogde stabiliteit van de schoudergewricht en kan ontwrichting in de toekomst voorkomen.

De fysiotherapeut besteedt bijzondere aandacht aan de vier spieren, de zogenaamde rotator manchet. Deze zorgen ervoor dat de opperarmbeen wordt vastgehouden in de gewrichtskoker. Zelfs wanneer het volledige bewegingsbereik van de schouder is hersteld, moeten regelmatig preventieve oefeningen worden uitgevoerd om de schoolspieren te versterken.

Dit hoeft echter niet per se samen met een fysiotherapeut te gebeuren. De fysiotherapeut kan zijn patiënten oefeningen laten zien die ze in de toekomst alleen thuis kunnen doen.