Cholangiocellulair carcinoom: symptomen, cursus

Kort overzicht

  • Symptomen: Onder andere verkleuring van de ontlasting, donkere urine, jeuk (jeuk), gewichtsverlies, pijn in de bovenbuik, misselijkheid, braken.
  • Oorzaken en risicofactoren: De oorzaak is niet precies bekend. De belangrijkste risicofactor is leeftijd; bovendien bevorderen bepaalde ziekten galwegkanker (bijvoorbeeld galwegstenen of parasitaire ziekten).
  • Diagnose: Lichamelijk onderzoek, leverwaarden (bloedonderzoek), diverse beeldvormingsprocedures zoals echoscopisch onderzoek.
  • Beloop en prognose: Omdat de tumor meestal laat ontdekt wordt, wanneer de ziekte al ver gevorderd is, is de prognose tamelijk ongunstig.

Wat is cholangiocellulair carcinoom?

Een cholangiocellulair carcinoom (CCC, cholangiocarcinoom, galwegcarcinoom) is een kwaadaardige (kwaadaardige) tumor van de galwegen. De kanker is een van de primaire levertumoren, net als hepatocellulair carcinoom (HCC).

Anatomie van de galwegen

De lever produceert dagelijks 600 tot 800 milliliter gal (gal). Dit komt via de galwegen de darm binnen. De galwegen beginnen als de kleinste galcapillairen tussen de levercellen en versmelten vervolgens tot grotere galwegen. Ze combineren zich om een ​​rechter en linker leverkanaal te vormen.

Hierdoor ontstaat het gemeenschappelijke leverkanaal (ductus hepaticus communis). Van daaruit vertakt zich een kanaal naar de galblaas (ductus cysticus). Het loopt dan als de ductus choledochus naar de twaalfvingerige darm, waar het samenkomt met de ductus pancreaticus (ductus pancreaticus).

Soorten cholangiocellulair carcinoom

Artsen verdelen cholangiocellulair carcinoom in drie typen, afhankelijk van de anatomische locatie:

  • Intrahepatische CCC (gelokaliseerd in de lever; zich uitstrekkend tot de rechter en linker leverkanalen).
  • Perihilaire CCC (zogenaamde Klatskin-tumor; gelegen tot aan het choledochuskanaal)
  • Distale CCC (zich uitstrekkend tot de twaalfvingerige darm)

Symptomen

Cholangiocellulair carcinoom veroorzaakt vaak lange tijd geen symptomen. Daarom komt de diagnose van de galwegtumor vaak pas in een vergevorderd stadium voor. Symptomen die patiënten met galwegcarcinoom hebben, zijn onder meer:

  • Verkleuring van de ontlasting
  • donkere urine
  • Jeuk (pruritus)
  • Gewichtsverlies
  • Pijn in de bovenbuik
  • Verlies van eetlust
  • Misselijkheid, braken
  • Vochtophoping in de buik (ascites)

Cholangiocellulair carcinoom: oorzaken en risicofactoren.

De exacte oorzaak van cholangiocellulair carcinoom is onbekend. Vaak zijn er, afgezien van een hogere leeftijd, bij de getroffen personen geen bijzondere risicofactoren te vinden. Van slechts enkele ziekten is bekend dat ze de ontwikkeling van galwegkanker bevorderen. Deze omvatten:

  • Vergrotingen van de galwegen buiten de lever (choledochale cysten)
  • Galwegstenen (choledocholithiasis)
  • Parasitaire ziekten van de galwegen (bijvoorbeeld trematoden of leverbot)
  • Primaire scleroserende cholangitis (ook PSC, een ontstekingsziekte van de galwegen)

Mogelijke aanvullende risicofactoren zijn onder meer hepatitis B- en C-infecties, levercirrose, alcohol- en nicotinegebruik en diabetes mellitus.

Onderzoeken en diagnose

  • Of er onlangs sprake is geweest van ongewenst gewichtsverlies
  • Of de huid jeukt
  • Of de ontlasting lichter is of de urine donkerder dan normaal
  • Of de getroffen persoon vaker braakt

Fysiek onderzoek

Laboratoriumtests

Bovendien neemt de arts bloed af bij de getroffen persoon als er een vermoeden bestaat van een cholangiocellulair carcinoom. Hij laat het in het laboratorium onderzoeken op bepaalde waarden die bij galwegcarcinoom vaak veranderen. Deze omvatten de leverenzymen alanineaminotransferase (ALAT), aspartaataminotransferase (ASAT), glutamaatdehydrogenase (GLDH), gamma-glutamyltransferase (γ-GT) en alkalische fosfatase (AP). Ze zijn allemaal vaak verhoogd bij leverschade.

Verdere diagnostiek

Als het lichamelijk onderzoek en de laboratoriumresultaten wijzen op cholangiocarcinoom, kan de arts een echografisch onderzoek (echografie) van de buik uitvoeren. Het komt ook voor dat de arts tijdens een routine-echografisch onderzoek per ongeluk een cholangiocellulair carcinoom ontdekt.

Voor verdere verduidelijking voeren artsen gewoonlijk een magnetische resonantiebeeldvorming (MRI) of computertomografie (CT)-scan uit om cholangiocellulair carcinoom te detecteren.

Vervolgens maakt hij een röntgenfoto van de buik, waarop het contrastmiddel te zien is. Het moet in de galwegen worden verdeeld. Als er bijvoorbeeld een galweg wordt weggelaten, is dit een indicatie voor een steen of een tumor.

Een alternatief voor ERC is percutane transhepatische cholangiografie (PTC). Bij deze procedure injecteert de arts ook contrastmiddel in de galwegen, maar in dit geval via een naald die hij onder röntgencontrole door de huid en de lever in de galwegen brengt.

Het is ook mogelijk om cholangiocellulair carcinoom te diagnosticeren met behulp van magnetische resonantie beeldvorming (MRI) of computertomografie (CT).

Cholangiocellulair carcinoom: behandeling

Als een operatie niet mogelijk of niet succesvol is, zijn er palliatieve behandelingsopties. Dit is bijvoorbeeld het geval als zich in andere organen al uitzaaiingen van de tumor hebben gevormd. Palliatief betekent dat genezing niet meer mogelijk is, maar dat de klachten van de patiënt door de therapie verbeterd kunnen worden.

Bovendien plaatst de arts vaak een stent in de galwegen als aanvullende therapie. Dit is een klein buisje dat de galwegen open houdt, zodat de gal gemakkelijker kan wegvloeien. In sommige gevallen kan de arts ook proberen de galwegen open te houden met behulp van radiofrequentie- of lasertherapie.

Ziekteprogressie en prognose

Cholangiocellulair carcinoom heeft meestal een slechte kans op genezing. Dit komt vooral doordat het in veel gevallen in een laat stadium klachten veroorzaakt en daardoor pas in een laat stadium wordt ontdekt.