Schokpositionering: eerste hulp bij schokken

Kort overzicht

  • Wat betekent schokpositionering? In de shockpositie positioneert de EHBO-er de benen van het slachtoffer plat op de rug hoger dan het hoofd. Dit is om te voorkomen dat ze bewusteloos raken of dat hun bloedsomloop instort.
  • Zo werkt de shockpositie: leg het slachtoffer plat op de rug op de grond, plaats de benen ongeveer 20 tot 30 graden hoger dan het bovenlichaam/hoofd op een stevig voorwerp (bijvoorbeeld een kruk) of houd ze omhoog.
  • In welke gevallen? Voor verschillende soorten schokken.
  • Risico's: Geen, tenzij in de verkeerde gevallen gebruik wordt gemaakt van schokpositionering (zie onder “Let op!”).

Let op!

  • Gebruik geen shockpositie bij een shock die zijn oorsprong vindt in het hart (cardiogene shock, bijv. een hartaanval) – de shockpositie zou het hart extra belasten!
  • Gebruik de shockpositie niet bij ernstige onderkoeling, ademnood, botbreuken, borst- en buikletsel of letsel aan hoofd en wervelkolom! Bij blessures en wonden boven de heup zou de shockpositie de bloedstroom daar vergroten.

Hoe werkt schokpositionering?

Schokpositionering (schokpositie) wordt bij de eerste hulp gebruikt om de bloedsomloop van een patiënt te stabiliseren totdat de hulpdiensten arriveren. Het wordt gebruikt als het slachtoffer nog bij bewustzijn is.

Hoe verder te gaan met schokpositionering:

  1. Plaats zijn benen ongeveer 20 tot 30 graden of ongeveer 30 centimeter hoger dan zijn bovenlichaam/hoofd. Je kunt ze vasthouden of op een doos, opstapje enz. plaatsen. Dit verbetert de bloedtoevoer naar de hersenen en andere organen.
  2. Houd het slachtoffer warm, bijvoorbeeld met een jas of (reddings)deken.
  3. Praat geruststellend tegen de persoon die ligt en voorkom dat hij of zij nog meer opgewonden raakt.
  4. Controleer regelmatig de ademhaling en pols van de patiënt totdat de hulpdiensten arriveren.
  5. Probeer een eventuele bloeding te stelpen (bijvoorbeeld met een drukverband).

Het bloed uit de benen stroomt tijdens de shockpositionering terug naar het midden van het lichaam. De vitale organen worden zo beter van zuurstof voorzien. Het beste is om de getroffen persoon op een deken te leggen en hem in te wikkelen. Dit voorkomt onderkoeling. Praat geruststellend met de patiënt en vermijd onnodige spanning. Als de patiënt het bewustzijn verliest voordat de hulpdiensten arriveren, plaatst u deze in de stabiele zijligging.

Laat de patiënt niets eten of drinken als hij/zij in shock is.

Wat is shock?

Artsen maken onderscheid tussen verschillende soorten shock, waaronder

  • Hypovolemische shock (veroorzaakt door een gebrek aan volume, dat wil zeggen ernstig verlies van vocht/bloed)
  • Cardiogene shock (veroorzaakt door een onvoldoende pompcapaciteit van het hart, bijvoorbeeld bij een hartaanval, myocarditis of longembolie)
  • Anafylactische shock (ernstige allergische reactie)
  • Septische shock (in de context van bloedvergiftiging = sepsis)
  • Neurogene shock (bij falen van de zenuwgerelateerde bloeddrukregulatie, bijv. ruggenmergletsel)

Shock is te herkennen aan symptomen zoals een bleke huid, rillingen, trillen, koud zweet, rusteloosheid en angst. Lusteloosheid en verminderd bewustzijn zijn ook tekenen van shock.

Bij gewonde en/of zieke mensen moet altijd een shock worden verwacht. Vooral kleine kinderen kunnen in eerste instantie prima lijken, totdat ze plotseling instorten.

Wanneer voer ik schokpositionering uit?

Schokpositionering wordt uitgevoerd als de getroffen persoon nog bij bewustzijn is en zelfstandig ademt. Het wordt over het algemeen overwogen in de volgende gevallen:

  • volumedeficiëntieshock (tenzij deze het gevolg is van een ernstige bloeding in het bovenste deel van het lichaam, omdat de shockpositie dan de bloedstroom daar zou vergroten en dus het bloedverlies)
  • anafylactische (allergische) shock
  • septische shock

Wanneer mag ik geen schokpositionering gebruiken?

Gebruik geen schokpositionering voor

  • cardiogene shock en hartziekten in het algemeen
  • ademhalingsproblemen
  • Hoofd- en ruggengraatletsel
  • Borst- en buikletsels (meestal voor wonden boven de heup)
  • gebroken botten
  • ernstige onderkoeling

Risico's verbonden aan schokpositionering

Als EHBO-er kun je met de schokpositie niet veel verkeerd doen – tenzij je deze gebruikt in gevallen waarin de schokpositie niet wordt aanbevolen. Als u bijvoorbeeld de benen optilt van een patiënt die bloedt uit het hoofd, de borst of de buik, kan dit de bloeding vergroten.

Als u een patiënt met een ruggengraatletsel in de shockpositie plaatst, kan het verplaatsen van de patiënt het letsel verergeren.

Als iemand ernstig onderkoeld is, kan de goedbedoelde shockpositie ervoor zorgen dat er veel koud bloed terugstroomt naar het midden van het lichaam. Dit kan de onderkoeling verergeren.

De shockpositie kan ook zeer gevaarlijk zijn voor patiënten met een shock die uit het hart komt (cardiogene shock). De verhoogde bloedreflux, veroorzaakt door het omhoog brengen van de benen, belast het pompende, zwakke hart extra.