Smaakstoornissen (dysgeusie): onderzoek

Een uitgebreid klinisch onderzoek vormt de basis voor het selecteren van verdere diagnostische stappen: Algemeen lichamelijk onderzoek – inclusief bloeddruk, pols, lichaamsgewicht, lengte; verder: Keuring (bezichtiging). Huid en slijmvliezen (mondholte en tong). Auscultatie (luisteren) van het hart. Auscultatie van de longen Palpatie (palpatie) van de buik (buik) (gevoeligheid?, kloppende pijn?, hoestende pijn?, defensieve … Smaakstoornissen (dysgeusie): onderzoek

Smaakstoornissen (dysgeusie): medicamenteuze therapie

Therapeutisch doel Vermindering van symptomen Therapieaanbevelingen Dysgeusie is moeilijk te behandelen. Het is belangrijk om de etiologie (oorzaak) vast te stellen. Alfaliponzuur (LA) – voor dysgeusie veroorzaakt door een neuropathie (ziekten van het perifere zenuwstelsel). Zink – voor dysgeusie veroorzaakt door neuropathie (bijv. 140 mg zinkgluconaat per dag, equivalent aan 20 … Smaakstoornissen (dysgeusie): medicamenteuze therapie

Smaakstoornissen (dysgeusie): diagnostische tests

Optioneel - afhankelijk van de resultaten van de anamnese, lichamelijk onderzoek en verplichte laboratoriumparameters - voor differentiële diagnostische opwerking Gustometrie (synoniemen: smaaktest, smaaktest, smaaktest) - diagnostische procedure in de KNO om bijvoorbeeld het smaakgevoel te controleren, zenuwbeschadigingen op te sporen. Computertomografie / magnetische resonantie beeldvorming van de schedel (craniale CT of.cCT/craniale MRI of … Smaakstoornissen (dysgeusie): diagnostische tests

Smaakstoornissen (dysgeusie): test en diagnose

2e orde laboratoriumparameters - afhankelijk van de resultaten van de anamnese, lichamelijk onderzoek en verplichte laboratoriumparameters - voor differentiële diagnostische verduidelijking. Klein bloedbeeld Differentieel bloedbeeld Ontstekingsparameters – CRP (C-reactief proteïne) of ESR (erytrocytsedimentatiesnelheid). Nuchtere glucose (nuchtere bloedglucose), indien nodig orale glucosetolerantietest (oGTT). Schildklierparameters – … Smaakstoornissen (dysgeusie): test en diagnose

Smaakstoornissen (dysgeusie): medische geschiedenis

De medische geschiedenis (ziektegeschiedenis) vormt een belangrijk onderdeel bij de diagnose van dysgeusie (smaakstoornis). Familiegeschiedenis Sociale geschiedenis Huidige anamnese/systemische anamnese (somatische en psychische klachten). Hoe lang zijn de smaakstoornissen al aanwezig? Welke veranderingen heb je precies opgemerkt? Proef je minder, helemaal niet of heb je last van kwalitatieve smaak… Smaakstoornissen (dysgeusie): medische geschiedenis

Smaakstoornissen (dysgeusie): of iets anders? Differentiële diagnose

Congenitale misvormingen, misvormingen en chromosomale afwijkingen (Q00-Q99). Turner-syndroom (synoniemen: Ullrich-Turner-syndroom, UTS) - genetische aandoening die meestal sporadisch is; meisjes/vrouwen met deze aandoening hebben slechts één functioneel X-chromosoom in plaats van de gebruikelijke twee (monosomie X); et al. Onder andere bij een afwijking van de aortaklep (33% van deze patiënten heeft een … Smaakstoornissen (dysgeusie): of iets anders? Differentiële diagnose

Smaakstoornissen (dysgeusie): symptomen, klachten, tekenen

De symptomen en klachten van dysgeusie (smaakstoornis) kunnen kwalitatief of kwantitatief van aard zijn: Kwalitatieve stoornissen – dit zijn onder meer: ​​Parageusie – verandering van het zintuig of perceptie van smaak. Fantogeusie - perceptie van smaaksensaties bij afwezigheid van een stimulusbron. Kwantitatieve aandoeningen - deze omvatten: Ageusie - volledig falen van de ... Smaakstoornissen (dysgeusie): symptomen, klachten, tekenen