Diagnose van influenza | Griep

Diagnose van influenza

De diagnose van influenza is meestal gebaseerd op de symptomen van de getroffen patiënt. Hiervoor is een gedetailleerd arts-patiënt consult (anamnese) van primair belang. Tijdens dit gesprek vraagt ​​de arts de patiënt naar mogelijke eerdere ziektes en het type en de omvang van de huidige symptomen.

Daarnaast spelen allergieën, regelmatig ingenomen medicijnen en andere leefgewoonten een doorslaggevende rol in dit gesprek. In een tweede stap krijgt de arts een eerste overzicht van dat van de patiënt voorwaarde (algemene toestand). Dit wordt gedaan door een uitgebreide fysiek onderzoek.

De arts controleert alle orgaansystemen die relevant zijn voor invloed: Op deze manier wordt de vermoedelijke diagnose “griep”Kan in de meeste gevallen worden bevestigd. Bovendien wordt meestal een neusuitstrijkje genomen vanaf de achterkant van de neusholte. Als alternatief kan ook een diep keelzwabber worden genomen.

De tracheale afscheiding (afscheiding uit de luchtpijp) of afscheiding van het bronchiale systeem kan ook worden gebruikt om de invloed virus.

  • Auscultatie (luisteren) van de longen en het hart
  • Palpatie van de buik.

Bovendien vertrouwen veel artsen op het verzamelen van patiënten bloed te diagnosticeren invloed. In een speciaal laboratorium wordt het aangeleverde materiaal op verschillende manieren onderzocht op het influenzavirus of stofwisselingsproducten van de ziekteverwekker.

De belangrijkste methode om het influenzavirus te detecteren is de zogenaamde influenza PCR (polymerasekettingreactie), waarbij het genoom van de ziekteverwekker wordt geamplificeerd en vervolgens wordt toegewezen aan het influenzavirus. Bovendien kunnen pathogenen in veel gevallen direct worden gedetecteerd door elektronenmicroscopie of celkweek. Vanaf de tweede week na het uitbreken van influenza, griepspecifiek antilichamen kan ook worden gedetecteerd in de bloed.

Aan het begin van de ziektefase heeft het aangetaste organisme meestal niet genoeg antilichamen om een ​​goede detectie te garanderen. Dit is de reden voor de vertraagde significantie van de antilichaamtest. Bovendien zijn andere parameters meetbaar in de bloed duiden ook op een virale infectie.

In de regel wordt de zogenaamde bloedbezinkingssnelheid aanzienlijk verhoogd bij aanwezigheid van een virale infectie zoals influenza. Een meting van de witte bloedcellen (als leukocytose wordt vermoed) is daarentegen van weinig belang, aangezien ze zich nogal variabel kunnen gedragen in de aanwezigheid van virale infecties. Zowel een toename als een afname in witte bloedcellen is mogelijk.

In de tussentijd zijn er verschillende snelle tests die griep binnen enkele minuten kunnen diagnosticeren. Deze snelle tests hebben een kleurcode antilichamen die reageren op verschillende eiwitten van het influenzavirus. Op deze manier kunnen stofwisselingsproducten van het griepvirus in kleur worden weergegeven.

Een resultaat van deze tests is na ongeveer 15 minuten af ​​te lezen. De therapie bij een echte griep kan op twee verschillende manieren worden uitgevoerd. Enerzijds ligt de focus op het verlichten van de symptomen, maar in individuele gevallen kan het ook nodig zijn om de veroorzakende ziekteverwekker direct te bestrijden.

1 Antivirale therapie Er is nu een aantal antivirale middelen beschikbaar om griep te behandelen. Als het vroeg wordt ingenomen, kan de duur van de ziekte aanzienlijk worden verkort. Bovendien is aangetoond dat patiënten die in een vroeg stadium antivirale behandeling voor griep krijgen, significant minder kans hebben op levensbedreigende complicaties. In het algemeen worden twee verschillende klassen van middelen gebruikt om griep te behandelen.

Naast remmers van een specifiek membraaneiwit (M2), dat als protonpomp op de virale envelop werkt, worden tegenwoordig met name de zogenaamde neuraminidaseremmers veel gebruikt. Door neuraminidaseremmers in te nemen, wordt de activiteit van het virale oppervlakte-enzym neuraminidase geremd, waardoor de afgifte van het virus wordt geblokkeerd wanneer het wordt vrijgegeven uit een gastheercel. Neuraminidaseremmers voorkomen zo de infectie van andere, voorheen niet-betrokken cellen.

Opgemerkt moet echter worden dat beide stofklassen alleen de griep virus zich vermenigvuldigt. Virussen die al in het organisme aanwezig zijn, kunnen door deze geneesmiddelen niet worden geïnactiveerd of geëlimineerd. Om deze reden heeft het tijdstip waarop de antivirale middelen worden ingenomen een doorslaggevende invloed op het succes van de behandeling.

Deskundigen overwegen griep behandeling met antivirale middelen is alleen geschikt als de eerste symptomen niet meer dan 48 uur na het begin van de behandeling optreden. Anders is er geen positief effect op het beloop van de ziekte, zelfs niet als de medicijnen worden ingenomen. 2 Symptomatische therapie Aangezien een immunocompetent organisme in de meeste gevallen een infectie met de griepvirus zelf staat de symptomatische therapie in veel gevallen op de voorgrond.

Het doel van deze behandelstrategie is om het typische te verlichten symptomen van griep en om het welzijn van de getroffen patiënt te vergroten. In gevallen van high koorts en voor hoofdpijn, spieren pijn en pijn in de ledematen, medicijnen zoals Ibuprofen® of paracetamol® kan worden ingenomen. Beide geneesmiddelen hebben zowel pijnstillende als antipyretische effecten.

Om deze reden zijn ze bijzonder geschikt voor symptomatische behandeling van influenza. Indien nodig kan elke 5-6 uur één tablet worden ingenomen. In veel gevallen is ook aangetoond dat de afwisseling tussen ibuprofen en paracetamol leidt tot een verbeterd antipyretisch effect van de preparaten.

Dit betekent bijvoorbeeld dat getroffen patiënten beginnen met het innemen van één tablet ibuprofen indien nodig en neem dan een dosis van paracetamol vijf tot zes uur later. Pijnstillers zoals Aspirine® (acetylsalicylzuur; ASA) mag nooit worden gebruikt bij kinderen onder de 12 jaar. Nemen Aspirine® in aanwezigheid van een virale infectie kan leiden tot gevaarlijk en 25% fataal Reye-syndroom bij kinderen onder de 12 jaar.

Bovendien moeten getroffen patiënten tijdens de ziektefase voldoende drinken en indien mogelijk in bed blijven. Het lichaam heeft voldoende rust nodig om het virus in te dammen en het herstel te bevorderen. 3 Andere behandelingsmogelijkheden Hoewel influenza een infectieziekte is die wordt veroorzaakt door een virus, kan het gebruik van een antibioticum ook zinvol zijn. De reden hiervoor is dat infectie met het griepvirus de immuunsysteem zodanig dat het tegelijkertijd vaak kan voorkomen.

  • Bacteriële keelinfecties
  • Acute bronchitis
  • Longontsteking of
  • Hersenvliesontsteking