Morfine: effecten, gebruik, bijwerkingen

Hoe morfine werkt

Morfine is een medicijn uit de opiaatgroep. Het heeft een sterke pijnstillende (pijnstillende), hoestverlichtende (hoeststillende) en kalmerende of depressieve werking.

De mens beschikt over een endogeen pijnstillend systeem dat onder meer in stressvolle situaties wordt geactiveerd. Zo is het voor gewonde mensen vaak mogelijk om na ernstige ongelukken eerst anderen te helpen, zonder zelfs maar hun eigen letsel te merken.

Dit pijnstillende systeem kan ook worden geactiveerd door de werkzame stof morfine. Het medicijn bindt zich aan bepaalde dockingplaatsen van boodschappersubstanties in het centrale zenuwstelsel (opioïdereceptoren), waardoor de overdracht van pijn wordt belemmerd en het pijngevoel wordt verminderd. Het leidt ook tot sedatie, wat de pijnstillende werking van morfine ondersteunt.

Absorptie, afbraak en uitscheiding

De werkzame stof wordt pas na orale inname via de mond (peroraal) vanuit de darm langzaam en onvolledig in het bloed opgenomen. Na distributie in het lichaam wordt het afgebroken in de lever. Hierdoor ontstaan ​​afbraakproducten die toch een pijnstillende werking hebben. Ze worden dan voornamelijk via de nieren uitgescheiden.

Wanneer wordt morfine gebruikt?

Morfine wordt gebruikt voor de behandeling van ernstige en zeer ernstige pijn, bijvoorbeeld bij kankerpatiënten.

Hoe morfine wordt gebruikt

Normaal gesproken ligt de dosering voor volwassenen tussen 60 en 120 milligram per dag. Als het actieve ingrediënt echter rechtstreeks in het bloed wordt geïnjecteerd, is de dosis lager (meestal tussen de 10 en 60 milligram).

De pijnstiller heeft slechts een relatief korte werkingsduur van twee tot vier uur. Om deze reden worden vaak tabletten met vertraagde afgifte gegeven. Ze maken een constante afgifte van het actieve ingrediënt mogelijk en daardoor een langdurige pijnverlichting. Het effect van deze tabletten met verlengde afgifte treedt pas na ongeveer drie uur in, maar houdt daarna bijna een hele dag aan. Als echter een onmiddellijk effect gewenst is, worden andere toedieningsvormen gebruikt, bijvoorbeeld morfinedruppels.

Medicatie met morfine moet altijd “geleidelijk” worden afgebouwd, dat wil zeggen niet abrupt, maar door de dosering geleidelijk af te bouwen. Dit helpt acute ontwenningsverschijnselen te voorkomen.

Welke bijwerkingen heeft morfine?

Morfine veroorzaakt vaak (dat wil zeggen bij één tot tien procent van de behandelde patiënten) bijwerkingen zoals hoofdpijn, euforie, vermoeidheid, psychische stoornissen, misselijkheid, obstipatie en zweten.

Zeer zelden (dat wil zeggen bij minder dan één procent van de behandelde personen) is er sprake van een daling van de bloeddruk, ademhalingsmoeilijkheden en allergische reacties.

Waar moet ik op letten bij het gebruik van morfine?

Contra-indicaties

In de volgende gevallen mogen medicijnen die morfine bevatten niet worden ingenomen

  • Darmobstructie
  • Ademhalingsproblemen, waaronder verminderde slijmafscheiding in de luchtwegen
  • obstructieve luchtwegaandoeningen (ziekten met vernauwing van de luchtwegen)
  • aanvallen
  • Acute buik (samenvatting van levensbedreigende ziekten van de buikholte)
  • Gelijktijdige inname van antidepressiva uit de groep van monoamineoxidaseremmers (MAO-remmers)

Interacties

Als de pijnstiller samen met andere medicijnen wordt ingenomen, kunnen er interacties optreden. De volgende geneesmiddelen kunnen de effecten en bijwerkingen van morfine versterken:

  • Alcohol en middelen die het centrale zenuwstelsel onderdrukken (bijv. benzodiazepinen)
  • Geneesmiddelen voor depressie en psychische aandoeningen (bijv. clomipramine, amitriptyline)
  • Middelen tegen misselijkheid (zoals difenhydramine)
  • Cimetidine (middel tegen brandend maagzuur)

Het antibioticum rifampicine kan de analgetische werking van morfine verzwakken.

Vermogen om te rijden en machines te bedienen

Het gebruik van morfine kan uw reactievermogen verminderen. Daarom mag u, vooral aan het begin van de behandeling, niet actief deelnemen aan het wegverkeer en geen zware machines bedienen.

Leeftijdsbeperkingen

Zwangerschap en borstvoeding

Omdat morfine ook via het bloed van de moeder het ongeboren kind bereikt, mogen zwangere vrouwen met hevige pijn de pijnstiller alleen krijgen na een strikte risico-batenafweging. Dit geldt met name voor gebruik kort voor de geboorte, omdat morfine bij de pasgeborene ademhalingsmoeilijkheden en aanpassingsstoornissen kan veroorzaken.

Morfine komt in aanzienlijke hoeveelheden in de moedermelk terecht. Tot nu toe zijn er echter geen ernstige bijwerkingen gemeld bij kinderen die borstvoeding kregen wanneer de moeder de pijnstiller kreeg. Kortdurend gebruik tijdens de borstvoeding is dus mogelijk.

Hoe medicijnen te verkrijgen met morfine

Morfine valt onder de Narcoticawet in Duitsland en Zwitserland en de Narcoticawet in Oostenrijk. Het actieve ingrediënt is daarom alleen verkrijgbaar in apotheken met een speciaal recept (recept voor verdovende of verslavende medicijnen).

Hoe lang is morfine bekend?

Morfine staat al heel lang bekend als een natuurlijk bestanddeel van opium. De stof werd voor het eerst geïsoleerd aan het begin van de 19e eeuw. Toen al was men zich bewust van de verdovende en euforische werking ervan, maar ook van het gevaar van een levensbedreigende ademstilstand bij een overdosis.

Wat u nog meer moet weten over morfine

Als morfine echter wordt misbruikt, is de door pijn veroorzaakte activering van het ademhalingsregulatiecentrum afwezig en kan ademnood of zelfs ademstilstand optreden.