Verlof van mantelzorger: waar moet u op letten?

Sinds 1 januari 2012 is de nieuwe Wet mantelzorgverlof van kracht: de zogenaamde Wet verzoening zorg en werk is bedoeld om het voor werkende mensen gemakkelijker te maken om voor gezinsleden te zorgen en hen in staat te stellen door te werken. tijdens het verlenen van zorg. We hebben de belangrijkste informatie over de nieuwe wet voor u verzameld.

Het aantal mensen dat zorg nodig heeft, neemt toe

Het aantal mensen dat zorg nodig heeft in Duitsland blijft stijgen: er zijn momenteel ongeveer 2.5 miljoen mensen die in hun dagelijks leven afhankelijk zijn van hulp van buitenaf. Hiervan worden ongeveer 1.7 miljoen thuis verzorgd - hetzij door hun eigen familieleden, hetzij door een poliklinische zorg. Voor familieleden die een volledige baan hebben, is uitgebreide zorg voor een persoon die zorg nodig heeft, meestal moeilijk of onmogelijk te verenigen met hun professionele taken. De nieuwe wet op gezinszorgverlof, die in oktober 2011 door de Bondsdag is aangenomen, moet het voor gezinsleden in de toekomst echter gemakkelijker maken om zorg en werk te combineren.

Mantelzorgverlof - oude regelingen blijven van kracht

Voordat de nieuwe Wet mantelzorgverlof van kracht werd - dat wil zeggen tot eind 2011 - hadden werknemers die thuis voor een familielid wilden zorgen twee opties: ten eerste konden ze tot zes maanden vrij nemen van hun werk. Gedurende deze time-out kregen ze geen loon of salaris, hoewel ze nog steeds onder de sociale verzekering bleven. Deze regeling gold echter alleen voor bedrijven met minimaal 15 werknemers. De periode van mantelzorgverlof en de omvang van het verlof moesten ten minste tien dagen voordat het verlof begon, aan de werkgever worden gemeld. Ten tweede was het mogelijk om bij een spontane verpleging in het gezin tot tien dagen vrij te nemen van het werk. Dit was bedoeld om te garanderen dat de zorg voor het familielid kan worden georganiseerd in overeenstemming met hun behoeften. Deze regeling gold ook voor kleine bedrijven en was dus niet gekoppeld aan het aantal werknemers. Een medisch attest was voldoende voor het verlof. Deze twee verordeningen blijven van kracht na 1 januari 2012.

Mantelzorgverlof vanaf 2012

Werknemers kunnen in de toekomst in overleg met hun werkgever hun arbeidsduur verkorten tot minimaal 15 uur gedurende maximaal twee jaar. Tijdens deze periode, de zogenaamde zorgfase, wordt het salaris slechts met de helft verminderd van de respectieve arbeidsduurvermindering: wie voorheen een volledige baan had en deze wil terugbrengen tot een halve baan, krijgt 75 procent van zijn salaris voor de periode van zorg. Na afloop van de zorgfase - dus uiterlijk na twee jaar - volgt dan de nazorg. Deze duurt even lang als de zorgfase en dient om het loon en de urenrekening weer in evenwicht te brengen: De werknemer verhoogt zijn uren weer, maar krijgt zijn volledige salaris pas nadat hij zijn urentekort heeft teruggebracht: Voor het bovenstaande voorbeeld betekent dit dat de werknemer terugkeert naar een volledige baan maar slechts 75 procent van zijn of haar salaris blijft ontvangen. Pas als deze nazorgperiode is afgelopen, kan voor dezelfde zorgbehoevende een andere zorgperiode worden aangevraagd.

Mantelzorgverlof voor deeltijdwerknemers

Parttime medewerkers kunnen - in tegenstelling tot fulltime medewerkers - het door de werkgever betaalde voorschot niet alleen compenseren met salaris, maar ook met werktijd. Nog een voorbeeld: een werknemer die 30 uur heeft gewerkt voordat het verzorgende verlof begon, vermindert het aantal uren tijdens het verzorgende verlof tot 20 uur en krijgt dus 25 uur betaald tijdens het verzorgende verlof. Aan het einde van de periode van zorgverlof heeft de deeltijdmedewerker nu twee mogelijkheden:

  1. Hij werkt 30 uur zoals voorheen, maar krijgt voor de periode van de nazorg slechts 25 uur betaald.
  2. Hij werkt nu 35 uur, maar krijgt voor de periode van de nazorg slechts 30 uur betaald.

Wie een tijdelijk bedrag heeft, kan gezinszorgverlof aanvragen voor slechts de helft van de resterende tijd van de arbeidsovereenkomst. Op deze manier moet ervoor worden gezorgd dat het voorschot op het loon tijdens de arbeidsrelatie alsnog kan worden terugbetaald. Hetzelfde geldt voor stagiaires. De Wet mantelzorgverlof is niet van toepassing op ambtenaren, maar volgens de ambtenarenwet kunnen zij hun diensttijd verkorten of onbetaald verlof opnemen.

Recht op mantelzorgverlof

Alle medewerkers die voor een naast familielid in zijn of haar woonomgeving willen zorgen, hebben recht op mantelzorgverlof. Hierbij dient de zorgbehoevende familielid minimaal tot zorgniveau 1 te behoren. In principe kan iedere werknemer - ongeacht de omvang van het betreffende bedrijf - mantelzorgverlof aanvragen. Er moet echter worden opgemerkt dat er geen wettelijke aanspraak is: als er een belangrijke reden is, kan de werkgever ook mantelzorgtijd weigeren. Als de werkgever heeft ingestemd met de tijd van gezinszorg, kan hij een renteloze lening aanvragen bij het Federaal Bureau voor taken van het gezin en het maatschappelijk middenveld. Met behulp van deze lening kan de werkgever tijdens de zorgfase het loonvoorschot betalen. In de nazorg houdt de werkgever vervolgens een deel van het salaris van de werknemer in om de lening terug te betalen.

Mantelzorgverlof en pensioen

Een positief aspect van mantelzorgverlof is dat de getroffen werknemers hun pensioenaanspraken niet verliezen tijdens de zorg- en postzorgfase. Gedurende deze tijd blijft de werkgever pensioenverzekeringspremies betalen op basis van het verminderde inkomen. Daarnaast worden ook premies aan het pensioenverzekeringsfonds betaald door het zorgverzekeringsfonds - op voorwaarde dat de zorginspanning minimaal 14 uur per week bedraagt ​​en de betaalde arbeid niet meer dan 30 uur bedraagt. De uitkeringen aan het pensioenfonds zijn gebaseerd op het zorgniveau van het familielid. Door deze bijbetalingen blijven de pensioenaanspraken ongeveer op het niveau van een fulltime dienstverband.

Overlijden of verhuizing van de zorgbehoevende

Als de zorgbehoevende tijdens de mantelzorgperiode overlijdt of als thuiszorg niet meer mogelijk is, zijn de basisvoorwaarden van de mantelzorgperiode niet meer van toepassing. De werknemer is dan verplicht zijn werkgever direct op de hoogte te stellen van de gewijzigde situatie. In dat geval eindigt de mantelzorgperiode officieel in de tweede maand nadat de zorgbehoevende verhuist of overlijdt.

Mantelzorgverlof: verzekering verplicht

Om het risico voor de werkgever te minimaliseren, moet voor aanvang van de mantelzorgtijd een zogenaamde mantelzorgverzekering worden afgesloten. Deze verzekering gaat bijvoorbeeld in bij arbeidsongeschiktheid of arbeidsongeschiktheid of zelfs bij overlijden van de werknemer. Door de verzekering lijdt de werkgever in een dergelijk geval geen financiële schade. De verzekering, waarvan de premies relatief laag zijn, kan zowel door de werkgever als door de werknemer worden afgesloten. De werkgever mag het dienstverband van de werknemer tijdens de zorg- en nazorgperiode in de regel niet beëindigen. Doet hij dat toch, dan hoeft de werknemer de verplichtingen uit de nazorgperiode niet meer na te komen. Indien de werknemer daarentegen tijdens de nazorgperiode ontslag neemt of verzuimt, moet hij het loonvoorschot in termijnen afbetalen.

Kritiek op de Wet gezinszorgverlof

Kritiek op de nieuwe Wet mantelzorg komt vooral uit de gelederen van de SPD en de vakbonden. Ze bekritiseren dat alleen werknemers die heel goed verdienen, een salarisoffer van 25 procent op de langere termijn aankunnen. Daarnaast wordt de niet-bestaande wettelijke aanspraak ook zwaar bekritiseerd: gevreesd wordt dat dit betekent dat slechts enkele bedrijven daadwerkelijk gezinszorgverlof zullen krijgen. Aan de zakelijke kant is mantelzorgverlof tot dusverre niet erg populair. Bedrijven bekritiseren het feit dat ze - om de uitvaltijd als gevolg van mantelzorgtijd te compenseren - meer personeel moeten aanhouden. Ze zijn ook bang dat veel werknemers na het einde van het zorgverlof niet meer aan het werk zullen gaan.