Dialyse: goede voeding

Algemene dieetbeperkingen

Zelfs voordat de dialyse begint, wordt een patiënt met nierfalen vaak geconfronteerd met dieetbeperkingen. In deze fase adviseren artsen vaak een hoge drinkhoeveelheid en een eiwitarm dieet. De aanbevelingen voor patiënten die permanente dialyse ondergaan zijn vaak precies het tegenovergestelde: wat nu nodig is, is een dieet met veel eiwitten en een beperkte vochtinname.

Voor acuut zieke patiënten, bij wie slechts een beperkte periode wordt gedialyseerd, gelden iets andere aanbevelingen dan voor chronisch zieke patiënten.

Eiwitrijk dieet

Ook voldoende energie-inname (2250 tot 2625 kcal per dag bij 75 kg lichaamsgewicht) kan een verhoogde eiwitafbraak tegengaan. Voor acuut zieke dialysepatiënten adviseren artsen een energie-inname die vergelijkbaar is met die van intensive care-patiënten (ca. 1,500 tot 1,875 kcal per dag bij een lichaamsgewicht van 75 kg).

Fosfaatarm dieet

Nierzwakte zorgt ervoor dat het fosfaatgehalte in het bloed stijgt. Op de lange termijn leidt deze hyperfosfatemie tot botveranderingen, vasculaire schade en hyperfunctie van de bijschildklieren. Dialysepatiënten moeten daarom zo min mogelijk fosfaat binnenkrijgen. Het probleem is dat de fosfaatinname nauw samenhangt met de eiwitinname.

Dialysepatiënten moeten voedingsmiddelen vermijden die bijzonder rijk zijn aan fosfaten. Denk hierbij aan noten, muesli, slachtafval, eierdooiers, peulvruchten en volkorenbrood. Ook voedingsmiddelen waarin vanwege de productie fosfaat wordt toegevoegd, zijn waarschijnlijk verboden terrein. Voorbeelden hiervan zijn smeltkaas, gekookte kaas, melk in blik en sommige soorten worst. Bij de aanschaf van worstproducten kunt u bij de slagerij vragen naar het fosfaatgehalte.

Ook acuut zieke of ondervoede patiënten kunnen een fosfaattekort krijgen. In dit geval moet het ontbrekende fosfaat worden vervangen.

Kaliumarm dieet

Bij acuut zieke patiënten is een kaliumarm dieet meestal niet nodig.

Selectie van eten

De volgende voedingsmiddelen bevatten bijzonder veel kalium en moeten tijdens de dialysebehandeling worden vermeden:

  • noten,
  • Granen, havermout,
  • Gedroogd fruit,
  • groente- en vruchtensappen, bananen, abrikozen,
  • aardappelen of groenten die niet goed zijn bereid,
  • verse of gedroogde paddenstoelen,
  • Kant-en-klare aardappelproducten (aardappelpuree, aardappelknoedels, chips).

Dialysepatiënten moeten nadrukkelijk zogenaamde voedingszouten vermijden, die vaak zeer hoge hoeveelheden kalium bevatten.

Voedsel voorbereiding

Zoutarm dieet

Dialysepatiënten moeten vaak hun zoutinname beperken. Keukenzout is de chemische verbinding natriumchloride (NaCl). Een verhoogde zoutoplossing in het bloed leidt tot een verhoogde bloeddruk, ophoping van overtollig vocht in de weefsels en een verhoogd dorstgevoel. Als dialysepatiënten vervolgens de hoeveelheid drinken die ze drinken, kan overhydratie optreden.

Vermijd ook sterk gezouten voedsel tijdens de dialysebehandeling. Denk hierbij aan zoute sticks, pretzels, ingelegde komkommers, gerookte en gezouten vlees- en visproducten (rauwe ham, worst, ansjovis, gezouten haring, etc.), kant-en-klaarmaaltijden, instantsoepen, bouillonblokjes, instantsauzen en ketchup.

Vloeistofinname en drinkhoeveelheid tijdens dialysetherapie

Omdat het regelmatig bepalen van het urinevolume omslachtig is, moeten dialysepatiënten hun eigen gewichtstoename in de gaten houden door zichzelf dagelijks te wegen. De dagelijkse gewichtstoename mag niet groter zijn dan 0.5 tot 1 kilogram. Tussen twee dialyses mogen patiënten niet meer dan twee tot drie kilogram aankomen.

Om het dorstgevoel bij een beperkte vochtinname te helpen beheersen, kunnen de volgende tips helpen:

  • Vermijd zoute voedingsmiddelen! Breng op smaak in plaats van te zouten.
  • Vermijd zoete drankjes.
  • Neem medicijnen met voedsel (minder drinken).
  • Zuig kleine ijsblokjes of stukjes citroen op.
  • Kauwgom zonder suiker of zuig zuurdruppels.

Dieet voor peritoneale dialyse (diafragmadialyse)

  • de hoeveelheid drank,
  • de consumptie van groenten en fruit, en
  • de inname van voedingsmiddelen die fosfaten bevatten.