Navelstreng

Definitie

De navelstreng is de verbinding tussen de moeder placenta en embryo- or foetus. Het vormt een brug tussen de twee bloedbanen en dient daarom zowel om de foetus van zuurstof en voedingsstoffen te voorzien als om metabolische afvalproducten zoals kooldioxide te verwijderen. Bij mensen wordt de navelstreng, die ongeveer 50 cm lang is, meestal twee keer geklemd bij de geboorte en vervolgens tussen de klemmen doorgesneden.

Anatomie

De navelstreng bij de mens is gemiddeld ongeveer 50 cm lang, heeft een diameter van ongeveer 1.5 tot 2 cm en is spiraalvormig gewikkeld. Het wordt gevormd door de versmelting van het dooierkanaal en de klevende steel. Het dooierkanaal is de verbinding tussen de embryonale darm en de dooierzak.

De dooierzak is een met vloeistof gevulde uitstulping die tijdens het gebruik kleiner wordt zwangerschap en verdwijnt uiteindelijk bijna volledig. De aanhangende steel is de originele verbinding tussen de embryo- en baarmoederslijmvlies en bevat het vasculaire systeem voor de latere navelstreng schepen. Op dit punt van de baarmoederslijmvlies placenta dan ontwikkelt zich, die verantwoordelijk is voor de bevoorrading van de foetus tot aan de geboorte.

De navelstreng komt meestal centraal uit de placenta, maar kan er ook zijdelings op worden aangesloten. De navelstreng bestaat uit een "gelatineus bindweefsel“, Ook wel“ Wharton's jelly ”of“ Wharton's jelly ”genoemd. Het bevat veel collagenen en waterbindende stoffen.

Dit maakt het weefsel elastisch en lijkt op de consistentie van rubber. De resulterende stabiliteit en flexibiliteit is belangrijk om ervoor te zorgen dat de foetus kan vrij bewegen en zijn "spanningen" weerstaan. Het weefsel is omgeven door het binnenste eimembraan van de foetus, dat ook wel "vruchtwatermembraan" wordt genoemd en verantwoordelijk is voor de productie van vruchtwater.

De navelstreng is onderhevig aan een constant ontwikkelingsproces. Naast de lengte en grootte verandert ook de inhoud. In de volwassen navelstreng, ingebed in de bindweefsel, zijn de bloed schepen die de bloedsomloop van de moeder verbinden met die van de foetus. Vanwege zijn rubberachtige substantie is de bindweefsel voorkomt de navelstreng en dus de schepen het bevat tegen knikken, waardoor ze worden beschermd. Bij de geboorte bevinden zich meestal drie vaten in de navelstreng, de zogenaamde navelstrengader (Vena umbilicalis) en de twee navelstrengslagaders (Arteriae umbilicalis)