Vaccinatie tegen gele koorts: wie heeft het echt nodig?

Vaccinatie tegen gele koorts: wie moet worden gevaccineerd?

In principe is een vaccinatie tegen gele koorts vooral belangrijk voor de lokale bevolking in gebieden waar gele koorts endemisch is, omdat honderd procent bescherming tegen overdracht door muggenbeten, zelfs met grote waakzaamheid, nauwelijks kan worden gegarandeerd. Als ongeveer 60 tot 90 procent van de bevolking van een endemisch gebied wordt gevaccineerd, kunnen uitbraken van de ziekte worden voorkomen.

Vaccinatie is echter ook belangrijk voor reizigers naar gebieden waar gele koorts endemisch is. In sommige landen geldt zelfs een vaccinatieplicht: je mag zonder passend bewijs niet naar zo’n land reizen (ook niet op doorreis). Vaccinatie wordt echter niet alleen aanbevolen voor landen waar het verplicht is, maar voor alle landen met een potentieel risico op gele koorts. Voor welke landen een gelekoortsvaccinatie raadzaam of verplicht is, kunt u navragen bij uw reisarts.

Procedure van de gele koorts vaccinatie

De gelekoortsvaccinatie is een actieve vaccinatie met een levend vaccin. Dit betekent dat het lichaam wordt geïnjecteerd met verzwakte gelekoortsvirussen. Omdat de ziekteverwekkers verzwakt zijn, kunnen ze doorgaans geen gele koorts veroorzaken. In de dagen na de gelekoortsvaccinatie ontwikkelt het immuunsysteem van de patiënt antilichamen tegen de virussen en bestrijdt deze. Op deze manier ‘leert’ het lichaamseigen afweersysteem de gele koortsvirussen te vernietigen. Het gebruikte vaccin is het zogenaamde 17D-gelekoortsvaccin, dat al ruim 70 jaar effectief wordt gebruikt.

Hoe vaak wordt gevaccineerd?

Landspecifieke toelatingseisen kunnen echter veranderen. Het is daarom belangrijk om dit tijdig voor een geplande reis te weten te komen en de vaccinatie indien nodig (elke tien jaar) te laten vernieuwen.

Volgens deskundigen kan het voor de volgende groepen mensen ook zinvol zijn om de vaccinatie elke tien jaar te herhalen. Deze omvatten:

  • Kinderen die jonger waren dan twee jaar toen ze voor het eerst werden gevaccineerd.
  • Vrouwen die de vaccinatie tijdens de zwangerschap hebben gekregen.
  • HIV-geïnfecteerde personen
  • Personen die tegelijkertijd een BMR-vaccinatie hebben gekregen.

Waar wordt vaccinatie gegeven?

Een bijzonder kenmerk van de gelekoortsvaccinatie is dat alleen speciale artsen en erkende vaccinatiecentra deze mogen toedienen. Deze artsen, waarvan de meesten specialisten in de tropengeneeskunde zijn, worden hiervoor gecertificeerd door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en mogen het gelekoortsvaccin vervolgens wereldwijd toedienen. Het is de enige vaccinatie waarvoor deze speciale vereiste geldt.

Veel mensen zijn bang voor bijwerkingen of vaccinreacties als ze worden gevaccineerd. Bijwerkingen van het gelekoortsvaccin zijn gelukkig zeldzaam en het gelekoortsvaccin wordt als veilig beschouwd en wordt goed verdragen. Niettemin moet elke patiënt voorafgaand aan de vaccinatie door de arts mondeling worden geïnformeerd over mogelijke bijwerkingen van het gelekoortsvaccin.

Over het algemeen kunnen griepachtige symptomen drie tot vier dagen na een vaccinatie tegen gele koorts optreden. Dit komt omdat het vaccin tegen gele koorts verzwakte maar in wezen functionele virussen bevat.

Een specifieke bijwerking van het vaccin tegen gele koorts is een allergische reactie op kippeneiwit. Dit komt omdat het vaccin tegen gele koorts bijzonder rijk is aan kippeneiwit en daardoor ernstige allergische reacties kan veroorzaken bij mensen die allergisch zijn voor kippeneiwit.

Wie mogen zich niet laten vaccineren?

Omdat het hier om een ​​levende vaccinatie gaat, mogen mensen met een uitgesproken immuundeficiëntie (bijvoorbeeld door AIDS) ook alleen in uitzonderlijke gevallen worden gevaccineerd. Dit komt omdat een normaal functionerend immuunsysteem belangrijk is voor het opbouwen van vaccinbescherming. Bovendien kan levende vaccinatie onvoorspelbare gevolgen hebben in het geval van immuundeficiëntie.

Voor mensen ouder dan 60 jaar moeten artsen ook vooraf de voordelen en risico’s van vaccinatie afwegen, omdat in zeer zeldzame gevallen ernstige bijwerkingen van het vaccin kunnen optreden.

Vrouwen die zwanger zijn of borstvoeding geven en baby's jonger dan negen maanden mogen ook niet worden gevaccineerd.

Wat gebeurt er als vaccinatie niet kan worden gegeven?