Pathogenese (ziekteontwikkeling)
De etiologie van sarcoïdose is onduidelijk. Er wordt uitgegaan van een genetische aanleg.
Histologische opwerking van biopsieën (weefselmonsters) onthult epithelioïde celgranulomen met Langhans-reuzencellen. Deze bevatten deels zogenaamde Schaumann- en asteroïdenlichamen. Deze bevindingen zijn echter niet specifiek voor sarcoïdose.
Etiologie (oorzaken)
Biografische oorzaken
- Genetische last van ouders, grootouders
- Genetisch risico afhankelijk van genpolymorfismen:
- Genen / SNP's (single nucleotide polymorfisme):
- Genen: ANXA11
- SNP: rs1049550 in gen ANXA11
- Allelconstellatie: CC (1.6-voudig).
- Allelconstellatie: TT (0.62-voudig)
- Frequent optreden van HLA-DQB1.
- Gen mutatie van BTNL2 (chromosoom 6).
- Gen mutatie CARD 15-gen (chromosoom 16q12-q21) - aanleg voor vroege aanvang sarcoïdose.
- Genen / SNP's (single nucleotide polymorfisme):
- Genetisch risico afhankelijk van genpolymorfismen:
- Beroepen - Verpleegkundigen worden steeds vaker getroffen.
Geneesmiddel
- Immuuntherapieën (bijv. Voor hepatitis C) kunnen sarcoïdose induceren of verergeren