Compressieverband: hoe gebruik je het?

Wat is een compressieverband?

Een compressieverband is een wikkelverband dat met elastische stoffen verbanden om het been wordt geplaatst. Het ondersteunt de terugstroom van bloed van de diepe beenaders naar het hart. Ook de opname van weefselvloeistof in de lymfevaten wordt door het compressieverband bevorderd. Er wordt onderscheid gemaakt tussen verschillende technieken voor compressietherapie:

  • Compressie volgens Pütter
  • Compressie volgens Fischer
  • Compressie met korreloorverband

Een compressieverband kan zowel door een arts als door goed opgeleid verplegend personeel worden aangebracht.

Wanneer wordt een compressieverband aangebracht?

Compressiebandages worden doorgaans bijvoorbeeld na operaties aangebracht om waterretentie (oedeem) en bloedstolsels (trombose) te voorkomen. Het wordt gebruikt in de volgende sterrenbeelden:

  • Vochtophoping in het weefsel (oedeem)
  • Spataderen
  • Chronische veneuze insufficiëntie
  • Tromboflebitis (ontsteking van aderen met vorming van bloedstolsels)
  • Preventie van de vorming van bloedstolsels
  • Aandoening na bloedstolsels in de diepe aderen van het been
  • Zweer onderbeen (ulcus cruris, “open been”)

Compressieverband of compressiekous?

Zowel het compressieverband als de compressiekous bevorderen de terugstroom van veneus bloed en lymfevocht van de benen naar de romp van het lichaam. Het compressieverband is in eerste instantie goed in het ontlasten van gezwollen benen, omdat het zich bij elke wikkeling aanpast aan de huidige zwellingstoestand van het been. De compressiekous kan gemakkelijker worden aangetrokken, dus ook door de patiënt zelf. Daarom wordt de kous vaak gebruikt bij langdurige therapie.

Wat wordt er gedaan tijdens compressietherapie?

Eerst kleedt de patiënt zich uit zodat de benen kunnen worden behandeld en gaat op zijn rug liggen. De arts tilt nu het been op en kantelt de voet van de patiënt bij het enkelgewricht met een hoek van 90°.

Compressieverband: wikkeltechniek volgens Pütter

Compressieverband: Fischer-wikkeltechniek en korreloorverband

Bij de Fischer-wikkeltechniek worden de stoffen verbanden in een strikte spiraal rond het been geplaatst, terwijl bij het korreloorverband de verbanden in een achthoekige vorm om het been lopen.

Correct aanbrengen van compressieverbanden

Een compressieverband dient in principe volgens het volgende patroon te worden aangebracht:

  • De afzonderlijke verbanden moeten elkaar overlappen en mogen geen rimpels vertonen.
  • Het enkelgewricht moet in een rechte hoek worden geplaatst.
  • De contactdruk van de stoffen bandages moet afnemen van de voet tot de knie.
  • Het verband mag geen drukpunten, snijwonden of pijn veroorzaken.
  • De hiel moet bedekt zijn.
  • Gevoelige delen van het lichaam, zoals benige uitsteeksels, moeten voldoende worden opgevuld met absorberend katoen.

Wat zijn de risico’s van een compressieverband?

Als het verband te strak wordt aangebracht, is de bloedtoevoer naar het been slecht en kan weefsel afsterven (necrose). Bovendien kan drukschade aan de zenuwen optreden. Verstoringen van de tastzin, gevoelloosheid of pijnlijke tintelingen zijn het gevolg. Om complicaties te voorkomen, controleert de arts het verband regelmatig.

Bij het aanbrengen van het compressieverband moet u al controleren of het verband drukt, snijdt of pijn veroorzaakt. Om dit te doen, loopt u een tijdje rond en controleert u vervolgens opnieuw of het verband is afgegleden of te strak is gewikkeld. Pas op voor tintelingen of gevoelloosheid; deze kunnen een teken zijn van onvoldoende bloedtoevoer naar het been. Als u enig ongemak ervaart, moet u uw arts snel op de hoogte stellen. Als de zwelling van het been na verloop van tijd is afgenomen, kan de arts in plaats van het compressiekousen op maat gemaakte steunkousen voorschrijven.