Endoprothese: beschrijving, operatieproces, risico's

Wat is een endoprothese?

Bij endoprothesen worden beschadigde gewrichten vervangen door endoprothesen. Afhankelijk of men een heel gewricht of slechts delen van een gewricht wil vervangen, maakt men gebruik van een totale endoprothese (TEP) of een gedeeltelijke endoprothese (hemiendoprothese, HEP).

Een endoprothese moet zo duurzaam mogelijk zijn, maar tegelijkertijd door het lichaam worden verdragen. Het is meestal gemaakt van metaal, keramiek en plastic. Voor moderne endoprothesen worden meestal speciale metaallegeringen van titanium, kobalt of chroom gebruikt. De inleg van de endoprothese, die het gewrichtskraakbeen vervangt, is gemaakt van polyethyleen kunststof.

De verbinding tussen de endoprothese en het bot wordt verankering genoemd. Er wordt onderscheid gemaakt tussen:

  • Gecementeerde endoprothese: Dit is het meest voorkomende type. Hierbij wordt de endoprothese met behulp van een speciaal kunststofcement met het bot verbonden.
  • Cementloze endoprothese: deze wordt eerst in het bot gedrukt en door ingroei verankerd. Deze variant is geschikter voor jongere patiënten, omdat hun botsubstantie nog sterker en stabieler is dan die van oudere patiënten.
  • hybride endoprothese: het combineert beide typen: het ene deel van de endoprothese is gecementeerd, het andere is zonder cement bevestigd.

Wanneer heeft u een endoprothese nodig?