Cocaïne

Cocaïne is net als heroïne bijvoorbeeld een illegaal verdovend middel en valt onder de Narcoticawet. Dit betekent dat bezit en handel in cocaïne verboden zijn en strafrechtelijk vervolgd worden. Afhankelijk van de verwerking wordt cocaïne ook wel sneeuw, coke, crack en stenen genoemd.

Cocaïne – extractie en gebruik

Cocaïne is een alcoloïde uit de bladeren van de Zuid-Amerikaanse cocastruik (Erythroxylon coca). Deze bevatten ongeveer één procent cocaïne, die eerst chemisch wordt verwerkt tot een cocapasta, waaruit vervolgens het oplosbare cocaïnezout (cocaïnehydrochloride) wordt geëxtraheerd: het typische witte, kristallijne poeder dat bij het snuiven een zuiverheid van 20 tot 80 procent heeft. De procedure is bekend uit veel films: trek het poeder in een lijn op een glad oppervlak en zuig het in de bovenste neusholte met behulp van een klein zuigbuisje (bijvoorbeeld een opgerold bankbiljet). Cocaïne kan ook worden geïnjecteerd, hiervoor moet je het eerst oplossen.

'Crack', cocaïne gekookt met zuiveringszout, wordt meestal gerookt. Het is zelfs nog gevaarlijker dan cocaïne, omdat het vanaf het eerste gebruik verslavend kan zijn.

Cocaïne – het effect

Cocaïne verhoogt het gevoel van eigenwaarde en veroorzaakt gevoelens van geluk. In de hersenen veroorzaakt cocaïne verschillende interacties. Bovenal stimuleert het de productie van dopamine: Dopamine is een zenuwboodschapper die verantwoordelijk is voor de opgetogenheid die ontstaat. Het lichaam maakt ook de neurotransmitters noradrenaline en serotonine vrij, die het centrale zenuwstelsel enorm stimuleren.

Wanneer de bedwelmende effecten afnemen, kunnen angst en agressie ontstaan. Dit gaat vaak gepaard met auditieve of visuele hallucinaties. Het einde van de cocaïnehigh wordt ingeluid door neerslachtigheid, vermoeidheid en uitputting. Ook schuldgevoelens, zelfverwijt en zelfmoordgedachten zijn mogelijk.

Cocaïne – de gevolgen

Acute risico's van cocaïnegebruik zijn verhoogde lichaamstemperatuur, hartkloppingen, hoge bloeddruk, toevallen, verhoogde agressiviteit, paranoïde wanen en hallucinaties, verwarring en verminderd bewustzijn (tot coma), verlamming van het ademhalingscentrum, hartaanval.

Gevolgen op de middellange en lange termijn van regelmatig cocaïnegebruik via de neus (snuiven) zijn onder meer sinusitis, frequente neusbloedingen, een verminderd reuk- en smaakvermogen, schade aan het neusslijmvlies en zelfs een gat in het neustussenschot (neustussenschotperforatie). . Door de microscopische verwondingen in de neus kunnen er ook meer ziektekiemen in de bloedbaan terechtkomen, wat vaak leidt tot ernstige hersenabcessen.

Cocaïnerokers zijn ook gevoelig voor luchtwegaandoeningen.

Zowel incidenteel als regelmatig cocaïnegebruik is verslavend – vooral op psychologisch vlak. Bij hoge doses cocaïne, maar ook bij het roken van crack, kan dit binnen enkele weken gebeuren. De getroffenen verhogen dan steeds meer de dosis van het medicijn, omdat het stemmingsverhogende (euforische) effect snel verdwijnt naarmate de gewenning toeneemt.

Bij het stoppen met cocaïne treden ontwenningsverschijnselen op, zoals vermoeidheid, uitputting, gebrek aan energie, depressie, seksuele aversie en een sterke behoefte aan slaap. Deze symptomen kunnen weken aanhouden. Het verlangen naar cocaïne duurt nog langer.