Urinezuur: wat uw laboratoriumwaarde betekent

Wat is urinezuur?

Urinezuur ontstaat bij de afbraak van zogenaamde purines. Dit zijn bouwstenen van respectievelijk DNA of RNA, die de genetische informatie bevatten. In een gezond lichaam is er een evenwicht tussen de productie en afbraak van purines. Verschillende ziekten, bepaalde eetgewoonten en het gebruik van bepaalde medicijnen kunnen dit evenwicht echter verstoren. Hierdoor verandert het urinezuurniveau.

Urinezuurmetabolisme in het lichaam

Als onderdeel van het purine-afbraakproces produceert het lichaam ongeveer één gram urinezuur per dag. In het bloed is het vooral gebonden aan eiwitten. Omdat het een metabolisch eindproduct is dat het lichaam niet nodig heeft, wordt urinezuur uitgescheiden. Tachtig procent hiervan gebeurt via de nieren (met de urine); de rest wordt via de darmen via de ontlasting uitgescheiden.

Een verhoogd urinezuurniveau wordt hyperurikemie genoemd. Als het urinezuurniveau te laag is, wordt dit hypo-urikemie genoemd.

Urinezuur en voeding

  • Vlees, vooral slachtafval en huid van vis en gevogelte.
  • vis, vooral oliesardientjes, forel, tonijn, zalm en sprot
  • Geperste gist

Wanneer urinezuur bepalen?

De arts bepaalt urinezuur om een ​​aandoening te detecteren die primaire hyperurikemie wordt genoemd. Dit is een aangeboren, genetisch bepaalde ziekte, in de volksmond bekend als jicht. De arts zal tijdens controles ook regelmatig het urinezuur meten naarmate de ziekte voortschrijdt.

De urinezuurspiegels worden ook bepaald als er ziekten worden vermoed die invloed hebben op de urinezuurspiegels. Dit zijn bijvoorbeeld:

  • chronische nierziekte
  • @ hyperfunctie van de bijschildklier
  • Alcoholisme
  • Uitdroging (uitdroging)
  • Hemolytische anemie (bloedarmoede veroorzaakt door verhoogd verval van rode bloedcellen)
  • Leukemie
  • Diabetes mellitus
  • Stoornissen van het vetmetabolisme

De arts kan zowel in het bloed (serum of bloedplasma) als in de urine de urinezuurconcentratie bepalen.

Bij patiënten met een chronische ziekte is het soms raadzaam om regelmatig zelf thuis urinezuur te bepalen. Hiervoor bestaan ​​kleine, draagbare meetapparaten, vergelijkbaar met de in de handel verkrijgbare meetapparaten voor de bepaling van de bloedglucose. Soms is zo’n urinezuurmeter al geïntegreerd in een bloedglucosemeter.

Bij een nieraandoening kan de urinezuuruitscheiding ook worden gemeten met een urinezuurteststrip. Dit wordt eenvoudigweg in de verzamelde urine gehouden. Afhankelijk van de urinezuurconcentratie verandert het testveld op de teststrip overeenkomstig van kleur. Het resultaat kan worden afgelezen uit een referentiekleurentabel.

Urinezuurwaarden: Tabel met normale waarden

De normale waarden voor urinezuur in het bloed zijn afhankelijk van leeftijd en geslacht. Hoe hoog deze waarden zijn, kunt u in de volgende urinezuurtabel raadplegen:

Leeftijd

vrouw

mannetje

tot 1 maand

1.0 – 4.6 mg/dl

1.0 – 4.6 mg/dl

1 naar 12 maand

1.1 – 5.6 mg/dl

1.1 – 5.6 mg/dl

1 tot 5 jaar

1.8 – 5.6 mg/dl

1.8 – 5.6 mg/dl

1.8 – 5.9 mg/dl

1.8 – 5.9 mg/dl

12 tot 14 jaar

2.2 – 6.4 mg/dl

3.1 – 7.0 mg/dl

15 tot 17 jaar

2.4 – 6.6 mg/dl

2.1 – 7.6 mg/dl

van 18 jaar

2.5 – 6.5 mg/dl

3.0 – 6.9 mg/dl

Wanneer is het urinezuurniveau verlaagd?

Een overdosis urinezuurverlagende medicijnen is een van de meest voorkomende redenen voor een verlaagd urinezuurgehalte. Sommige andere medicijnen, bijvoorbeeld oestrogeenpreparaten, kunnen bij laboratoriumtests ook een verlaagd urinezuurgehalte veroorzaken.

De aangeboren aandoening xanthinurie zorgt er ook voor dat het urinezuur te laag is. Dit is een aandoening van het enzym xanthine-oxidase, dat een belangrijke rol speelt bij de afbraak van purines.

Wanneer is de urinezuurspiegel verhoogd?

Urinezuur nam toe

Als u meer wilt weten over de oorzaken en gevolgen van hyperurikemie in het lichaam, lees dan het artikel Urinezuur verhoogd.

Naast genetische, aangeboren primaire hyperurikemie (jicht) leiden de volgende ziekten of metabolische situaties tot verhoogde urinezuurspiegels:

  • ernstige nierfunctiestoornis (nierinsufficiëntie)
  • verhoogde afbraak van eiwitten in het lichaam, bijvoorbeeld bij ondervoeding, vastenkuren, nuldieet
  • hyperfunctie van de schildklier of bijschildklier (hyperthyreoïdie, hyperparathyreoïdie)
  • Een tekort aan het enzym glucose-6-fosfatase
  • Ziekten met overmatige vermenigvuldiging van bloedcellen (myeloproliferatieve ziekten)
  • EPH gestosis (verschillende zwangerschapsziekten met hoge bloeddruk, bijvoorbeeld pre-eclampsie)
  • Acromegalie (teveel aan groeihormonen)
  • Chemotherapie en radiotherapie
  • Vergiftiging, bijvoorbeeld met lood

Wat te doen bij een veranderde urinezuurspiegel?

Er bestaat geen specifieke therapie voor hypo-urikemie geassocieerd met de stofwisselingsstoornis xanthinurie. De getroffenen moeten veel drinken en een purinearm dieet volgen.

Hyperurikemie moet dringend worden behandeld. Anders kunnen de afgezette urinezuurkristallen een pijnlijke ontstekingsreactie veroorzaken.

Omdat het lichaam purines via voedsel opneemt, kunnen verhoogde urinezuurspiegels gunstig worden beïnvloed door een dieet met een laag purinegehalte. Naast een verandering in het dieet worden ook normalisatie van het lichaamsgewicht en onthouding van alcohol aanbevolen. Als deze basismaatregelen niet voldoende zijn, kan de arts medicijnen voorschrijven die de urinezuur verlagen.

Verlagen van urinezuur

Lees meer over de behandeling van verhoogde urinezuurspiegels in het artikel Urinezuur verlagen.