Tandheelkundige diagnostiek

Diagnostiek gaat vooraf aan elke therapie van een ziekte. Pas als de oorzaak van de ziekte is vastgesteld, kan een gerichte therapie worden toegepast. Dit is ook het geval in de tandheelkunde.

Een nauwkeurige anamnese is een belangrijke voorwaarde voor een tandheelkundige diagnose. Bij het eerste bezoek van een nieuwe patiënt wordt hem doorgaans gevraagd een vragenlijst in te vullen waarin hem wordt gevraagd naar bekende ziekten in het verleden en zijn huidige klachten. Na afloop wordt met de tandarts besproken wat de aard en omvang van de klachten is.

De tandarts registreert het voorwaarde van de tanden, tandvlees en mondeling slijmvlies en de algehele tandheelkundige toestand beoordelen. Elke tand wordt geëvalueerd en gaten, bruggen, kronen en vullingen worden geregistreerd en vastgelegd in de tandstatus. Vervolgens worden een spiegel en sonde gebruikt om carieuze defecten te onderzoeken.

De spiegel kan ook worden gebruikt om gebieden te bekijken die anders moeilijk te onderzoeken zijn. De sonde wordt gebruikt om zelfs te detecteren cariës in de vroege stadia. Als het vermoeden bestaat dat parodontitis al aanwezig is en er zijn tandvleeszakken, wordt de diepte van de pockets op de betreffende tanden gemeten met een parodontale sonde.

In tegenstelling tot de normale sonde, is de sonde aan de punt afgerond en voorzien van een schaalverdeling zodat de pocketdiepte in millimeters kan worden afgelezen. De normale diepte is 1 tot 2 millimeter. Met een zakdiepte tot ca.

5 millimeter, een gesloten curettage, dwz het verwijderen van alle zakinhoud die ziekte veroorzaakt, kan nog steeds zonder zicht worden uitgevoerd. Zakdiepten daarbuiten vereisen open curettage onder visuele omstandigheden. Verder wordt de gevoeligheid voor kloppen (percussiegevoeligheid) onderzocht.

Dit doe je door met een instrument op de tand te tikken. De Röntgenstraal afbeelding toont alle bevindingen die niet kunnen worden gedetecteerd door oogcontact. Het is bijvoorbeeld mogelijk om de mate van bestaande botresorptie te bepalen of, in het geval van dode (gedevitaliseerde) tanden, de aanwezigheid van wit worden aan de wortelpunt, wat duidt op een etterende focus die asymptomatisch kan zijn maar behandeling vereist.

Bij wortelkanaalbehandelingwordt de controle ook uitgevoerd door middel van een Röntgenstraal. Als een restauratie met implantaten is gepland, is de Röntgenstraal laat zien of de botcondities hiervoor voldoende zijn. Een verdere ontwikkeling van röntgentechnologie is digitale röntgenstraling.

Het heeft verschillende voordelen. Een röntgenfilm is niet meer nodig en daarom is er geen ontwikkeling van de röntgenfilm nodig. De afbeelding is direct beschikbaar en kan ook worden bewerkt om details beter te herkennen.

Er zijn geen slecht belichte afbeeldingen. Orthopantomografie is beschikbaar als panoramische techniek voor afbeeldingen van het geheel tandstelsel. Het geeft een overzicht van het geheel tandstelsel in één afbeelding.

Gedetailleerde informatie over deze diagnostische techniek is te vinden onder Röntgenfoto. Soms is het niet helemaal duidelijk of een tand levend (vitaal) of dood (devitaal) is. In dit geval is het voorwaarde kan worden bepaald door middel van een vitaliteitstest.

In het verleden gebeurde dit met elektriciteit, wat nogal wat veroorzaakte pijn in levende tanden. Daarom gebruiken we tegenwoordig een koudeprikkel, die wordt geproduceerd door een koude spray. Als tanden losraken als gevolg van parodontologische aandoeningen of botresorptie, kan het Periotest-apparaat worden gebruikt om de mate van losraken te bepalen.

Parodontometrie biedt dus een basis voor de nodige therapeutische maatregelen. Er zijn kleuringstabletten beschikbaar voor demonstratie in de praktijk of voor thuisgebruik. De rode kleurstof erythrosine maakt de gedenkplaat zichtbaar.

U zult verrast zijn hoeveel hiervan gedenkplaat is nog steeds aanwezig na je tanden poetsen. De kleuring kan vervolgens worden gebruikt om de gedenkplaat residu. Het nadeel van deze methode is dat de rode kleur ook op de tong en duurt een tijdje.

Naast de kleuringstabletten zijn er ook oplossingen die fluoresceïne bevatten, waardoor de plaque groen oplicht na te zijn belicht met blauw licht. Het voordeel is dat er zonder verlichting geen kleurverlies te zien is. Het nadeel is de beschikbaarheid van een blauwlichtlamp.

Tandheelkundige diagnostiek is een voorwaarde voor de noodzakelijke therapeutische maatregelen. Naast de anamnese en het consult bij de tandarts, beschikt de tandarts over tal van diagnostische hulpmiddelen.