Sphenoïde sinusitis

Definitie

Omdat de sphenoïde sinussen (sinus sphenoidales) twee onderling verbonden, met lucht gevulde holtes zijn in het wiggenbeen van de schedel en bekleed met neusslijmvlies, behoren ze, net als de frontale en maxillaire sinussen en de ethmoid cellen, tot de zogenaamde neusbijholten. Zoals alles neusbijholten, ze dienen om het gewicht van de schedel bottenstelsel en als resonantiekamer tijdens stem- en klankvorming. Alleen de ethmoidale cellen zijn al bij de geboorte gemaakt, alle andere neusbijholten alleen ontwikkelen met het vorderen jeugd: de sphenoidale sinussen staan ​​op de tweede plaats van ontwikkeling en vorm - na de frontale sinussen en voor de maxillaire sinussen - rond de leeftijd van 3-6 jaar.

Veroorzaken

De oorzaken van de ontwikkeling van een wiggenbeen sinusitis vallen samen met die van alle andere sinusitis: in de overgrote meerderheid van de gevallen is het een secundaire infectie van de paranasale sinus slijmvlies veroorzaakt door virussen of, zeldzamer, bacteriën, die zich vanuit een reeds bestaande ademhalingsziekte (neus- / keelontsteking zoals verkoudheid) via de neusholtes in het sinussysteem verspreiden. De veroorzakende pathogenen worden meestal overgedragen door een druppel infectie​ In 70-80% van de gevallen zijn dit koude virussen zoals rhinovirussen of adenovirussen.

Een infectie die uitsluitend wordt veroorzaakt door bacteriën is vrij zeldzaam, meestal is het een soort "bijkomende infectie", aangezien de neusbijholte slijmvlies, die wordt aangevallen en opgezwollen door de virale infectie, vormt een optimale voedingsbodem voor bacteriën (bijv. voor hemophilus invloed of streptococcus pneumoniae). Minder vaak kan een ontsteking van de neusbijholten ook op zichzelf optreden, zonder voorafgaande ademhalingsziekte, als primaire infectie, waarbij zieke tandwortels (dentogene sinusitis), ziekteverwekkers in het badwater (sinusitis in het bad) of extreme drukschommelingen tijdens het duiken of vliegen (barosinusitis) worden beschouwd als de oorzaken. Maar ook in de context van allergieën kan betrokkenheid van de paranasale sinus zeker voorkomen.

Verschillende anatomische bijzonderheden kunnen daardoor de ontwikkeling van een neus bevorderen sinus ontsteking (sphenoidale botontsteking) en worden daarom als risicofactoren beschouwd. Aan de ene kant een kromme neustussenschot (aangeboren of verworven) en anderzijds zogenaamd neusslijmvlies poliepen kan de verwijdering van het slijm dat in de sinussen wordt gevormd via de neusholtes in de neusholte​ Dit leidt tot een opeenhoping van slijm in het sinussysteem, waardoor het smaller wordt en minder goed wordt geventileerd. Al deze factoren samen bevorderen de vestiging, overleving en reproductie van virussen en bacteriën en kan leiden tot de ontwikkeling van een aanvankelijk acuut, maar later ook chronisch sinusitis als de risicofactoren niet worden geëlimineerd.