Rugslag

Definitie

Van het klassieke schoolslag in rugligging (oude Duitse rugslag) ontwikkelde zich de huidige rugslag, vergelijkbaar met het kruipen in rugligging. De momenteel toegepaste rugslag wordt gekenmerkt door een steeds wisselende rolbeweging rond de lengteas van het lichaam. De kin is iets verlaagd naar de borst en het uitzicht is naar het tegenoverliggende startblok. Rugslag is een van de moeilijkste vormen van beweging wanneer zwemmen.

Motion beschrijving

Armbeweging: Aangezien de rugslag een cyclische beweging is en de armen afwisselend boven en onder het water worden bewogen, is het voldoende om de armbeweging aan slechts één kant van het lichaam te verklaren. De beweging begint met het onderdompelen van de gestrekte arm. Op dit punt wijst de handpalm naar buiten, de vingers zijn iets gespreid.

Het bovenlichaam rolt om de lengteas in de richting van de ondergedompelde arm en de hand wordt naar buiten en naar beneden bewogen. In ongeveer 30 cm waterdiepte begint de buiging van de elleboog tot een efficiëntie van 90 ° op schouderhoogte. Op dit punt begint de drukfase.

Wanneer de hand zich ter hoogte van de buik bevindt, begint de rollende beweging van het bovenlichaam naar de andere kant. De onderwateractie van één arm eindigt wanneer de hand er is dij niveau. De pre-swing fase boven water wordt gestart.

De pre-zwaaifase begint door de schouder boven de waterlijn op te tillen terwijl de arm nog onder water is. De gestrekte arm wordt zo snel mogelijk naar voren gezwenkt. De armfiets is niet windmolenachtig zoals vaak wordt aangenomen, omdat op een bepaald moment beide armen onder water staan.

Been beweging: De beenbeweging kenmerkt zich door een afwisselende op- en neergaande beweging van de benen. Tijdens een armcyclus zes vasten been acties worden uitgevoerd. De been beweging vindt plaats als een zweepachtige beweging, waarbij de achterkant van de voet moet worden overbelast.

De amplitude van de beenslag is 30-40 cm. De frequentie dient zo te worden gehouden dat de benen in het verlengde van het bovenlichaam staan, zodat de beenbeweging zoveel mogelijk voortstuwing kan produceren. Het bovenlichaam is bij de heupen licht gebogen zodat de benen hun efficiëntie onder het wateroppervlak hebben. Een gedetailleerde bewegingsbeschrijving voor rugslagzwemmen vind je hier: