Reactieve artritis

Synoniemen

Reiter-syndroom = reactieve artritis

Definitie

Reagerend artritis behoort tot de reumatologische klinische beelden (reumatiek) en valt onder de categorie van spondylarthropathieën. Specifiek reactief artritis is een ontstekingsziekte van de gewrichten met steriel synoviale vloeistof, die optreedt na een bacteriële gastro-intestinale of urogenitale infectie. Gastro-intestinale infecties beïnvloeden de maag of darmen, urogenitale nieren of urinewegen. Steriel of aseptisch synoviale vloeistof betekent dat er geen ziekteverwekkers in het gewricht worden aangetroffen. Echter, in reactief artritiskunnen bepaalde delen van de ziekteverwekker, meestal nucleïnezuren (DNA of RNA), worden gedetecteerd.

Frequentie

Twee tot drie procent van de patiënten ontwikkelt reactieve artritis na bepaalde gastro- of urogenitale infecties veroorzaakt door bacteriën. De incidentie van reactieve artritis is 30 tot 40 per 100 inwoners. Er is geen clustering van geslacht, mannen en vrouwen worden in gelijke mate getroffen door reactieve artritis, maar de incidentie is hoger onder jongere mensen.

Oorzaken

De oorzaak van reactieve artritis is een genetische aanleg; de genen definiëren dus een verhoogde vatbaarheid voor deze ziekte. Dit is te zien aan de detectie van bepaalde factoren in de bloed van de patiënten. Deze factoren zijn HLA-B27, het menselijke leukocytenantigeen van type B 27.

Deze antigenen zijn MHC-klasse I eiwitten, die op het oppervlak van bijna alle cellen worden aangetroffen en een belangrijke rol spelen in die van het lichaam immuunsysteem. Bovendien is er bij de ontwikkeling van reactieve artritis een uitlokkende infectie die zich manifesteert in de urinewegen of het maagdarmkanaal. Met betrekking tot de urinewegen omvat dit gonorroe en niet-gonorroïsch urethritis.

Gonorroe ontwikkelt zich na infectie met gonokokken, terwijl niet-gonorroïsch urethritis wordt veroorzaakt door chlamydia en mycoplasma (Ureaplasma urealyticum). Gastro-intestinale infecties waarna reactieve artritis kan optreden, zijn onder meer infecties met Yersinia, Salmonella, Shigella of Campylobacter jejuni. Sommige van deze bacteriële infecties blijven in het lichaam aanwezig en veroorzaken reactieve artritis als ze genetisch vatbaar zijn.

De exacte relatie tussen infectie en reactieve artritis is niet duidelijk, maar er zijn twee vermoedens. De eerste hypothese is dat er kruisreactiviteit is tussen bacteriële componenten en vergelijkbare menselijke celstructuren bij de ontwikkeling van reactieve artritis. Dit betekent dat de immuunsysteem werd gesensibiliseerd voor de pathogene componenten na de bacteriële infectie en verwart vervolgens menselijke celcomponenten - die structureel vergelijkbaar zijn met deze - met de bacteriële componenten. Als gevolg hiervan wordt een immuunreactie geactiveerd die tegen deze menselijke structuren is gericht, die zich op zijn beurt manifesteert als reactieve artritis. Een tweede hypothese over de pathogenese van reactieve artritis omvat de theoretische overweging dat pathogene componenten in synoviale cellen blijven en dus ook een immuunreactie van het lichaam teweegbrengen, die zich manifesteert als reactieve artritis.