PNF (Proprioceptieve neuromusculaire facilitatie)

Proprioceptieve neuromusculaire facilitatie is een therapeutisch concept waarbij de patiënt gericht wordt gestimuleerd om fysiologische spieractiviteiten en bewegingssequenties op te roepen. Dergelijke prikkels worden nauwkeurig geplaatst en toegepast in bepaalde fasen van een beweging of houding om bepaalde spiergroepen te versterken en te ondersteunen in hun activiteit. De stimuli zijn de tactiele stimulus, de verbale en de visuele stimulus.

Enerzijds worden tactiele prikkels specifiek door de therapeut ingesteld, maar is het contact met de ondersteuning wel geschikt AIDS kan deze tactiele stimulus ook versterken. De visuele prikkel wordt gegeven door de patiënt te vragen de beweging met zijn ogen te volgen of zich te fixeren op een bepaald prominent object. Het commando komt van de therapeut en moet altijd concreet, precies en altijd hetzelfde zijn, zodat het door de patiënt wordt onthouden. Bovendien is de zelfperceptie (proprioceptie) van de patiënt wordt gepromoveerd.

Doelen

Het doel van het PNF-concept is om de kracht en mobiliteit van de patiënt te verbeteren, maar ook die van hem coördinatie​ Bijzondere nadruk wordt gelegd op de fysiologische bewegingsvolgorde en het behouden of verbeteren van de onafhankelijkheid van de patiënt. Speciale nadruk wordt gelegd op fysiologische en alledaagse bewegingen.

De training kan worden uitgevoerd op een therapiebank, op een mat (matprogramma volgens PNF) of direct in de positie en houding die de patiënt in het dagelijks leven nodig heeft. PNF is gebaseerd op bepaalde bewegingspatronen in patronen. Deze zijn driedimensionaal en volgen de spiraal opstelling van de spieren.

Door de proprioceptoren (sensoren die onze hersenen met informatie over de positie van onze gewrichten en spieren), worden bepaalde spieractiviteiten bevorderd. Dit resulteert ook in aanhoudende spieractiviteit in andere spieren en fysiologische contractie van bepaalde gerelateerde spiergroepen. Net als bij proprioceptieve neuromusculaire facilitatie, Spiraalvormige dynamiek vindt plaats in driedimensionale bewegingspatronen.

Heeft de PNF zin en wanneer moet deze worden gemaakt?

Oorspronkelijk is PNF een therapeutisch concept voor de behandeling van neurologische patiënten, maar tegenwoordig worden delen ervan ook gebruikt voor de behandeling van orthopedische aandoeningen (bijv. horrelvoet​ Neurologische ziektebeelden, die vaak met PNF worden behandeld, zijn bijvoorbeeld beroerte, paraplegie, andere cerebrale paresen, multiple sclerose of de ziekte van Parkinson en nog veel meer. Orthopedische klinische beelden zijn gewrichtsprothesen, aandoeningen van de wervelkolom met of zonder zenuwlaesies of andere mobiliteitsbeperkingen.

Het PNF-concept werd voor het eerst geïntroduceerd in de jaren 1950 en is in de loop der jaren geëvolueerd. Er zijn enkele onderzoeken die de effectiviteit van PNF bewijzen, zoals bij veel fysiotherapeutische technieken, is de bewijsbasis nog steeds uitbreidbaar. Bewijs voor de effectiviteit van PNF is eerder gebaseerd op praktische ervaring en succes dan op wetenschappelijke studies.