MRT van de buik

Introductie

Het MRI-onderzoek van de buik (ook wel abdominale MRI genoemd) is een van de beeldvormende procedures in de geneeskunde. MRI wordt magnetische resonantiebeeldvorming of nucleaire spintomografie genoemd. De buik is de medische term voor de buikholte.

Afhankelijk van hoeveel waterstofatomen een bepaald lichaamsweefsel bevat, wordt het anders weergegeven in het uiteindelijke MRI-beeld. Hierdoor is het mogelijk om onderscheid te maken tussen de verschillende organen van de buik (buikholte). Met de MRI kunnen alle delen van het lichaam worden onderzocht zonder het lichaam bloot te stellen aan schadelijke straling.

MRI is bijzonder geschikt voor het afbeelden van weke delen. CT (computertomografie) is geschikter voor het beoordelen van botstructuren. Het MRI-onderzoek van de buik verwijst naar een beeldvorming van de buikholte met behulp van MRI. Het kan in verschillende gevallen door artsen worden aanbevolen en uitgevoerd.

Indicaties Wanneer heeft u een MRI van de buik nodig?

Bij verdenking van diverse ziekten kan op doktersvoorschrift een MRI-onderzoek worden uitgevoerd. MRI wordt meestal gebruikt voor diagnostische doeleinden, maar dient ook om het beloop van verschillende ziekten te beoordelen, bijvoorbeeld om de effectiviteit van kanker behandeling. Voorbeelden waarbij een MRI-onderzoek van de buik kan worden uitgevoerd, zijn onder meer MRI van de buik die kan worden gebruikt om dit te verduidelijken maag, lever, nier en pancreastumoren of gynaecologische tumoren.

  • Onduidelijke buikpijn
  • Vermoeden van ontstekingsprocessen in de buik, bijvoorbeeld abcessen
  • Veranderingen in bloedvaten in de buikholte
  • Misvormingen van de verschillende buikorganen (dan bv. MRI van de lever) of
  • Ook in de context van kwaadaardige ziekten.

Contra-indicaties

In sommige gevallen mag er geen MRI-onderzoek worden uitgevoerd. Omdat tijdens het onderzoek een sterk magnetisch veld op de patiënt inwerkt, mag de patiënt geen metalen delen op of in zijn lichaam hebben. Contra-indicaties zijn daarom piercings, tatoeages met metaal, metalen implantaten, geïmplanteerde defibrillatoren, pacemakers en mechanische hart- kleppen (met uitzonderingen).

Als contrastmiddel nodig is voor het MRI-onderzoek, kan de nier functie moet worden gecontroleerd. Als het nier functie onvoldoende is, mag geen contrastmiddel worden toegediend. Dit moet ook tijdens zwangerschap.

Als u dit niet verdraagt jodium, mag er geen contrastmiddel worden gebruikt dat jodium bevat. Contrastmiddelen bevatten in de regel jodium worden vandaag niet meer gebruikt. Als er tijdens het onderzoek metalen onderdelen in of op het lichaam achterblijven, kunnen deze metalen onderdelen door het magnetische veld losraken.

Dit kan leiden tot ontwrichting van implantaten in het lichaam met schade aan naburige structuren. Vrije metalen onderdelen kunnen worden aangetrokken door de magneet in de MRI-machine en letsel veroorzaken bij de patiënt. Metalen make-up en tatoeages kunnen worden verwarmd door het magnetische veld en leiden tot tintelingen en zelfs brandwonden.

Bovendien kan de toediening van contrastmiddel leiden tot een intolerantiereactie, die in het ergste geval tot een allergische reactie kan leiden schokken. Lichtere bijwerkingen na toediening van contrastmiddel kunnen worden uitgedrukt door hoofdpijntintelingen van de huid, ongemak of gevoelens van warmte of koude. Dit is echter meestal onschadelijk en verdwijnt na korte tijd weer.

Personen met claustrofobie of een sterke gevoeligheid voor geluid kunnen zich tijdens het onderzoek ongemakkelijk voelen, aangezien de MRI-buis vrij smal is en er herhaaldelijk harde geluiden worden geproduceerd tijdens het onderzoek. Dit moet van tevoren met een arts worden besproken. Schade veroorzaakt door het MRI-onderzoek zelf is niet te verwachten, aangezien er geen radioactieve straling wordt gebruikt. Volgens de huidige kennis is er geen schade voor het ongeboren kind te verwachten van de MRI, zelfs niet bij zwangere vrouwen.