Metaboolsyndroom

Definitie

Het metabool syndroom is geen onafhankelijke ziekte, maar een combinatie van verschillende ziekten, die allemaal risicofactoren voor zijn arteriosclerose en cardiovasculaire ziekten. Ondertussen treft het metabool syndroom ongeveer 25% van de bevolking en neemt de tendens toe. Dit komt onder meer door de groeiende welvaart van de bevolking en de daaruit voortvloeiende levensstijlen, zoals weinig lichamelijk werk, weinig beweging en voedsel in overvloed.

Een van de factoren waaruit het metabool syndroom bestaat, zijn

  • Obesitas (Adipositas)
  • Hoge bloeddruk
  • Verhoogde bloedlipidenwaarden
  • Verhoogd cholesterolgehalte
  • Insulineresistentie of een uitgesproken diabetes mellitus type 2

Een precieze oorzaak van het metabool syndroom kan niet worden vastgesteld. Zeker is dat de vetcellen een doorslaggevende rol spelen bij het ontstaan ​​van alle symptomen van het metabool syndroom. Oorzaken zijn daarom vooral een calorierijkheid dieet in combinatie met een gebrek aan lichaamsbeweging.

Dit kan niet alleen leiden tot te zwaar maar ook naar insuline weerstand. Het hormoon insuline is verantwoordelijk voor het reguleren van de bloed suikerniveau en zorgt ervoor dat de uit de voeding opgenomen suiker wordt opgenomen in de spier- en vetcellen. Als deze regulering wordt verstoord, wordt de opgenomen suiker niet meer goed gemetaboliseerd en nestelt het zich in de vorm van vet in de buikstreek.

Insuline resistentie kan later uitgroeien tot suikerziekte. Bovendien wordt de uitscheiding van water en zouten via de nieren verminderd, wat kan leiden tot hoge bloeddruk. Een genetische aanleg kan ook een deel zijn van de oorzaak van het metabool syndroom.

Er is vaak een familiale aanleg voor insuline-resistentie, die verder wordt aangemoedigd door een ongezonde levensstijl. Al deze symptomen kunnen dan leiden tot verkalking van de kransslagaders. Hoge bloeddruk veroorzaakt kleine schade aan het bloed schepen in de vaatwand, waarin meer vet en cholesterol worden vervolgens opgeslagen. Deze afzettingen (plaques) worden steeds groter en de bloed schepen worden smaller en smaller, waardoor het bloed er niet meer goed doorheen kan stromen. Als te weinig bloed bereikt de organen na verloop van tijd, dit kan ernstige gevolgen hebben.