Wat zijn de effecten van moerasspirea?
Moerasspirea (Filipendula ulmaria of, in Zwitserland, heidegeitenbaard) heeft verschillende geneeskrachtige werkingen: De geneeskrachtige plant heeft een ontstekingsremmende, samentrekkende werking op de slijmvliezen en vermindert koorts. Het heeft ook zweetdrijvende en zwakke antimicrobiële eigenschappen (gericht tegen micro-organismen). Dit maakt moerasspirea geschikt voor de ondersteunende behandeling van verkoudheid.
Effectieve ingrediënten in moerasspirea zijn salicylzuurverbindingen, tannines en flavonoïden.
Over het geheel genomen zijn er echter slechts enkele wetenschappelijke onderzoeken die deze effectiviteit bewijzen.
Er is ook discussie over de vraag of moerasspirea geschikt is voor de behandeling van huidontstekingen, roodheid of acne. Er zijn momenteel echter geen onderzoeken die bevestigen dat de medicinale plant daadwerkelijk effectief is bij huidproblemen.
In de volksgeneeskunde wordt de medicinale plant ook gebruikt om jicht-, blaas- en nierproblemen te behandelen om het plassen te bevorderen. Het wordt ook gebruikt om hoofdpijn en migraine te behandelen. De werkzaamheid ervan is echter ook hier niet wetenschappelijk bewezen.
Hoe wordt moerasspirea gebruikt?
Of het nu als thee, siroop of tinctuur is, er zijn verschillende manieren om moerasspirea in te nemen.
Moerasspirea als huismiddeltje
Giet een kopje kokend water over een eetlepel van de gehakte plantendelen en laat de infusie 10 tot 20 minuten trekken voordat u ze uitperst.
Een kopje moerasspirea-thee kun je meerdere keren per dag drinken, bij voorkeur warm, omdat dit de zweetdrijvende werking ondersteunt. De dagelijkse dosis voor volwassenen is 2.5 tot 3.5 gram bloemen of vier tot vijf gram kruiden.
Van de bloempluimen kan ook een siroop gemaakt worden.
Bij het zetten van thee is het zinvol om moerasspirea te combineren met andere geneeskrachtige planten die ook kunnen helpen bij verkoudheid. Je kunt bijvoorbeeld de bloemen van limoen en vlierbes toevoegen.
Huismiddeltjes op basis van geneeskrachtige planten hebben hun grenzen. Als uw symptomen gedurende een langere periode aanhouden en ondanks de behandeling niet verbeteren of zelfs verergeren, dient u altijd een arts te raadplegen.
Kant-en-klare bereidingen met moerasspirea
Bij de apotheek kunt u kant-en-klare theepreparaten met moerasspirea kopen. Meestal zijn dit mengsels van moerasspirea met andere geneeskrachtige planten, bijvoorbeeld als koude thee.
Welke bijwerkingen kan moerasspirea veroorzaken?
Bij correct gebruik in de aanbevolen dosering zijn er geen bijwerkingen bekend. Een overdosis kan maagklachten en misselijkheid veroorzaken.
Waar u op moet letten bij het gebruik van moerasspirea
Vanwege onvoldoende bewijs mogen zwangere vrouwen en moeders die borstvoeding geven geen moerasspirea gebruiken. Vraag uw arts of apotheker voordat u moerasspirea bij kinderen gebruikt.
Hoe moerasspirea-producten te verkrijgen
De bloemen en kruiden van Filipendula ulmaria, evenals theezakjes en theemelanges met de geneeskrachtige plant, kunt u bij uw apotheek verkrijgen.
Raadpleeg uw arts, apotheker of de betreffende bijsluiter voor informatie over de juiste wijze van gebruik.
Wat is moerasspirea?
Moerasspirea (Filipendula ulmaria) behoort tot de rozenfamilie (Rosaceae). Hij komt wijdverspreid voor in de gematigde zone van het noordelijk halfrond, waar hij graag groeit op natte, voedselrijke grond, bijvoorbeeld langs sloten, beekoevers en op drassige weilanden.
De plant heette vroeger Spiraea ulmaria (Duits: Spierstrauch) voordat hij werd erkend als een apart geslacht (Filipendula).
De moerasspirea bereikt een hoogte van 50 tot 150 centimeter. De bladeren hebben lange stelen en zijn geveerd. Tijdens de bloei draagt de plant talloze kleine, roomwitte en zoet geurende bloemen in meerstraalige bloemschermen.
Als je over de bloemen, bladeren of stengels van de plant wrijft, verandert de zoete geur in een meer “synthetische” geur. Dit komt door een specifiek ingrediënt: een salicylzuurverbinding.
Het heeft echter ook sterke maagirriterende eigenschappen. Daarom is het chemisch ontwikkeld tot het maagvriendelijkere acetylsalicylzuur (ASA).
Overigens heeft de Duitse naam “Mädesüß” niets te maken met “lieve meisjes”, zoals men zou kunnen aannemen. Het berust waarschijnlijk eerder op het veelvuldig voorkomen van de plant in weilanden (maaien) en de opvallend zoete geur van de bloemen.