Vette lever

Synoniemen

Steatohepatitis, leververvetting, hepatitis, leververvetting

Definitie

De overmatige opslag van vetten in het weefsel van de lever (parenchym) wordt hepatocellulaire vervetting genoemd (als meer dan 5% is aangetast) of leververvetting (als meer dan 50% is aangetast). Als een ontstekingsreactie in de lever die gelijktijdig of tijdens de ziekte optreedt, wordt leververvetting genoemd hepatitis (steatohepatitis). Echter vet lever is geen ziekte op zich, maar eerder een symptoom dat leververvetting kan worden genezen als de onderliggende ziekte voldoende wordt behandeld. Afhankelijk van de uitlokkende onderliggende ziekte wordt de groep steatohepatitiden verdeeld in een alcoholische (ASH = alcoholische steatohepatitis) en een niet-alcoholische (NASH = niet-alcoholische steatohepatitis) vorm, die echter alleen met lichtmicroscopie kan worden onderscheiden.

Oorzaken

Er zijn tal van oorzaken voor de ontwikkeling van leververvetting. Biochemisch gezien leidt een teveel aan vetten of een verminderd vermogen van de lever om deze vetten te verwerken tot een overmatige opslag van vetten. De meest voorkomende reden voor een overmatige aanvoer van vetten in de lever is chronisch, verhoogd alcoholgebruik.

De alcohol wordt in het maagdarmkanaal opgenomen (opgenomen) en via het portaal naar de lever getransporteerd ader. Door het alcoholmisbruik kunnen de levercellen de verwijdering van vetzuren niet meer functioneel uitvoeren. Dit leidt ertoe dat het vet in de cel blijft.

Hoe meer vet de individuele cel opslaat en hoe meer cellen worden aangetast, hoe meer de lever opzwelt. Een andere veel voorkomende reden voor de ontwikkeling van leververvetting is de ziekte suikerziekte mellitus (meestal diabetes type II; diabetes). Doorslaggevend is de verminderde werking van het hormoon insuline op het organisme.

Hierdoor ontbreekt het signaal dat er voldoende energie beschikbaar is. De lever probeert daarom constant energie te leveren en maakt vetzuren (vetzuursynthese) en suiker (gluconeogenese) aan. Zelfs in dit geval slagen de levercellen er niet in om alle geproduceerde stoffen in de bloed, wat leidt tot zwelling van de cel. Andere factoren voor het ontstaan ​​van leververvetting zijn

  • obesitas,
  • Ondervoeding (te weinig eiwit, te veel vet)
  • Genetische stress (hyperlipoproteïnemie),
  • Bijwerkingen van geneesmiddelen (antibiotica uit de groep van tetracyclines, cortisone) en anderen.