Kruipen zwemmen

Freestyle zwemmen is het type zwemmen waarbij er geen vooraf bepaald bewegingspatroon is waaraan moet worden voldaan. In de freestyle-competitie mag de zwemmer alles zwemmen zwemmen stijl behalve in het positioneel zwemmen. De zwemmer mag zwemmen zwemmen stijl behalve schoolslag, dolfijn of rugslag.

Bij freestyle- en crawlwedstrijden wordt er echter maar één discipline in wedstrijden gezwommen, namelijk crawlzwemmen. Hier halen zwemmers de hoogste snelheden. In 1875 werden de armen voor het eerst afwisselend voor het lichaam gebracht.

In 1908 werd de afwisselende armtrekkracht voor het eerst gecombineerd met een op- en neergaande beweging van de benen. Johnny Weissmüller was de eerste zwemmer die de limiet van 1 minuut op de 100 meter vrije slag met de kruiptechniek ondermijnde. Omdat kruipen een zeer economische zwemstijl is, wordt het gebruikt bij wedstrijdzwemmen tussen 50 en 1500 meter.

Competitieregels

  • Bij de bochten en bij het doel stop je de drijven moet de muur raken met een lichaamsdeel.
  • Tijdens de wedstrijd moet een deel van de zwemmer door het wateroppervlak breken.
  • Na de start mag de zwemmer over een afstand van 15 meter volledig ondergedompeld zijn.

Motion beschrijving

Armbeweging De bewegingsacties van de linker- en rechterarm zijn identiek, daarom is het voldoende om de linkerarmbeweging tijdens het kruipzwemmen uit te leggen voor een volledige uitleg. De gestrekte "linker" arm duikt met de vingertoppen eerst het water in (pak water). Om het lichaam optimaal te strekken is een lichte afrolbeweging naar de actiekant noodzakelijk.

Het ellebooggewricht wordt steeds meer gebogen tijdens de trekfase (tot borst hoogte). Op dit punt begint de drukfase. De onderarm met gestrekte hand wordt naar achteren geleid onder het lichaam.

At dij hoogte de hand verlaat het water. Dit wordt gevolgd door de pre-swing-fase. Het bovenlichaam rolt naar rechts (linkerschouder komt uit het water), waardoor de linkerarm gemakkelijker naar voren kan worden geleid.

In de pre-zwaaifase is de elleboog aanzienlijk hoger dan de hand. Been beweging Tijdens een armtrekcyclus worden 6 beenslagen uitgevoerd. Bij de neerwaartse beweging wordt de beweging van de benen geleid door de dij.

Lagere been en voet volgen op een zweepachtige manier. De bewegingsamplitude is 30-40 cm en dient vanwege de optimale waterpositie dicht bij het wateroppervlak te zijn. Ademhaling De uitademing vindt explosief plaats onder water en snel inademing vindt plaats wanneer de elleboog het water verlaat.

De hoofd wordt niet opgetild, maar alleen opzij gedraaid. Wanneer de inademing eindigt, de hoofd wordt weer in het water gelegd. Tijdens de hele zwembeweging wordt de blik naar de bodem van het zwembad gericht. Een gedetailleerde en geïllustreerde, evenals geanimeerde beschrijving is te vinden onder ons onderwerp: Bewegingsbeschrijving kruipen zwemmen.