Hypothermie

Definitie / introductie

Synoniem: Hypothermie Hypothermie kan zowel individuele lichaamsdelen als het hele lichaam aantasten. Blootgestelde delen van het lichaam, zoals handen, voeten, oren en de neus- (acra) lopen een bijzonder risico op onderkoeling. Als het hele lichaam afkoelt, spreekt men van onderkoeling vanaf een kerntemperatuur van het lichaam onder de 36 ° C. Permanente onderkoeling kan tot bevriezing en levensbedreigend leiden voorwaarde.

Thermische regeling

Het lichaam is normaal gesproken in staat om zijn temperatuur stabiel te houden binnen een bereik van 36.4 ° C - 37.4 ° C. Overdag schommelt de lichaamstemperatuur binnen deze grenzen, waarbij 's nachts de laagste waarden worden bereikt. In de vroege ochtend stijgt de lichaamstemperatuur weer; als de kerntemperatuur van het lichaam te veel daalt, begint het lichaam tegenregulering.

Dit betekent dat de huid en ledematen (arm en been) in het bijzonder worden met minder geleverd bloed. In extreme gevallen worden alleen de vitale organen geleverd bloed en dus warm gehouden (centralisatie). Daarnaast probeert het lichaam warmte te produceren door het zogenaamde koude rillen, ofwel een ritmische samentrekking van de dunne spieren in de huid. Door hun ongunstige verhouding tussen lichaamsoppervlak en lichaamsvolume lopen pasgeborenen met name het risico af te koelen en hebben daarom een ​​bruine laag vetweefsel die een volwassene niet meer heeft. Dit bruine vet kan bijzonder goed worden gebruikt voor warmteproductie en beschermt de pasgeborene tegen gevaarlijke onderkoeling.

Oorzaken

Als de warmteafgifte de door het lichaam geproduceerde warmte overtreft, daalt de kerntemperatuur van het lichaam. Het lichaam kan het warmteverlies niet meer compenseren en dit kan uiteindelijk leiden tot onderkoeling. Typisch treedt een verlaagde kerntemperatuur van het lichaam op tijdens langdurige blootstelling aan koude omgevingen zonder geschikte kleding.

Er zijn vijf oorzaken die tot warmteverlies kunnen leiden:

  • Convectie - lichaamswarmte wordt overgedragen aan de koudere omgevingslucht; het effect neemt toe met wind.
  • Geleiding - De lichaamswarmte wordt overgebracht naar een kouder lichaam en de lichamen blijven hun temperatuur gelijk maken totdat ze gelijk worden.
  • Ademhaling - Het lichaam verliest warmte wanneer ademhaling, omdat verwarmde lucht het lichaam verlaat en koude lucht naar binnen stroomt bij het inademen, die op zijn beurt moet worden verwarmd.
  • Transpiratie - Door de constante verdamping van vloeistof op het lichaamsoppervlak koelt het lichaam af. Bij hoge buitentemperaturen bevordert het lichaam dit warmteverlies door meer zweten; bij koude temperaturen wordt de afkoeling echter onbedoeld versneld.
  • Straling - Zoals bij elk energieproducerend proces, verliest het lichaam warmte in de vorm van thermische straling. Kleding kan als isolatiemateriaal werken en de warmtestraling vasthouden.