Heel bot

Anatomie

Het hielbeen (lat. Calcaneus) is het grootste en dominante voetbeen en heeft een enigszins rechthoekige vorm. Als onderdeel van de achtervoet staat een deel van het hielbeen direct op de grond en dient voor stabiliteit.

Het hielbeen is opgedeeld in verschillende delen die verschillende functies en taken vervullen. Meer over de hiel vindt u hier: Achilleshiel Het achterste prominente deel van het hielbeen wordt tuber calcanei genoemd en is zichtbaar en voelbaar als de hiel van de voet. Dit is waar de achillespees dubbele kuitspier (Musculus gastrocnemius) en de tongspier (Musculus soleus) komen in het spel.

Aan de onderkant loopt een stabiliserende band tussen de calcaneus en het kubusvormige bot (Ligamentum calcaneocuboideum). Er zijn ook twee knobbels aan de onderkant, de laterale tuberositas van de calcaneus en de mediale tuberositas van de calcaneus. Deze dienen als oorsprong voor de musculus abductor hallucis, de musculus flexor digitorum brevis en de musculus abductor digiti minimi.

Ook de peesplaat ter hoogte van de voetzool, Aponeurosis plantaris, vindt zijn oorsprong in de knol calcanei. Naar voren toe vormt het hielbeen een verbinding met het kubusvormige bot (Os cuboideum). Aan de binnen- en buitenkant van het hielbeen bevinden zich benige uitsteeksels die dienen om de spieren te beschermen en te geleiden.

Aan de binnenkant van de voet bevindt zich de sulcus tendinis musculi flexoris hallucis longus, die de lange buigspier van de grote teen bevat en voorkomt dat het hielbeen naar binnen knikt. Dit wordt afgedekt door een benige projectie, het tali sustentaculum. Aan de buitenkant van de voet bevindt zich de sulcus tendinis musculi peronei longi.

Deze spier dient om de dwarse boog te spannen. Daarnaast diverse zenuwen en bloed schepen ren door deze bogen. Aan de bovenzijde van de calcaneus bevinden zich drie gewrichtsoppervlakken, de Facies articularis talaris anterior, Facies articularis talaris media en Facies articularis talaris posterior.

De calcaneale sulcus loopt tussen de laatste twee gewrichtsoppervlakken, die samen met de talaire sulcus van de enkel bot vormt een tunnel die bekend staat als het tarsi-kanaal. De anterieure (anterieure) en middelste (mediale) gewrichtsoppervlakken zijn delen van de anterieure enkel gewricht. Het posterieure articulaire oppervlak maakt deel uit van het posterieure enkel gewricht. De gehele calcaneus en vooral het achterste prominente deel is het doorslaggevende drukpunt bij rechtop staan ​​en lopen.