Detecteer hartritmestoornissen

Algemene informatie

Of en hoe hart- ritmestoornissen die worden waargenomen, verschillen sterk van persoon tot persoon. Sommige mensen ervaren hartritmestoornissen als iets heel beangstigend en gevaarlijks. Vooral incidentele hartritmestoornissen of zelfs milde hartritmestoornissen blijven vaak onopgemerkt.

In deze gevallen is behandeling meestal niet nodig. Klachten van de getroffen persoon kunnen helpen om een hartritmestoornissen. De symptomen zijn echter talrijk en vaak niet alleen een uiting van hartritmestoornissen.

Afhankelijk van of de hart- te snel of te langzaam slaan, symptomen zoals hartstilstand (zogenaamde hartkloppingen), hartkloppingen of zelfs hartfalen, die zich manifesteren bij een onderbreking van de pols, kunnen ook voorkomen. Hartkloppingen moeten worden onderscheiden van hartkloppingen, omdat hartkloppingen geen uiting zijn van een hartritmestoornissen. Hoewel het meestal op dezelfde manier wordt waargenomen als hartkloppingen, zult u, als u er beter op let, merken dat de hartslag niet wordt versneld, alleen de pols is sterker.

Als een structureel hart- ziekte is de oorzaak van de hartritmestoornissenkunnen verdere symptomen optreden wanneer de hartslag hoger is dan 130 slagen per minuut. Om hier vermeld te worden: Angina borstspier (pijn op de borst) of a hartaanval kan ook worden waargenomen. In extreme gevallen een cardiogeen schokken, dwz een verlies van bewustzijn veroorzaakt door pompfalen van het hart, of zelfs plotselinge hartdood kan optreden.

Met name in boezemfibrillereneen bepaalde vorm van hartritmestoornissen met chaotische activiteit van de boezems, bloed stolsels kunnen loskomen van het hart en verder ongemak veroorzaken. Deze omvatten verstopping van de slagaders door materiaal dat is geïnfiltreerd (arterieel embolie), die zich bijvoorbeeld kunnen manifesteren door een beroerte. Als u persoonlijk de aanwezigheid van hartritmestoornissen vermoedt, dient u een cardioloog te raadplegen, die hartritmestoornissen kan detecteren met speciale diagnostische maatregelen, zoals een elektrocardiogram (ECG).

  • Vertigo (duizeligheid of ongebruikelijke vertigo)
  • Verwarring
  • Tijdelijke spraak- en visuele stoornissen en
  • Verlies van bewustzijn