De motorische activiteit | Vroegtijdige opsporing van dyscalculie

De motorische activiteit

Iedere beweging die bewust en dus willekeurig wordt uitgevoerd, valt in principe onder de noemer 'motoriek'. Dit omvat verschillende activiteiten van het spierstelsel, spannen en ontspannen, maar ook stretching en buigen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen twee gebieden: In tegenstelling tot de fijne motoriek zijn de bewegingsvormen van de grove motoriek niet beperkt tot de hand.

Ze hebben invloed op het hele lichaam. De volgende gebieden vallen onder de fijne motoriek: In principe zijn de bewegingen van de grove motoriek vormen van beweging waarin verschillende delen van het lichaam worden aangesproken. Alles wat met de hand wordt gedaan, valt daarentegen onder de fijne motoriek.

De term 'handmotoriek' wordt vaak als synoniem gebruikt. De fijne motoriek ontwikkelt zich op verschillende leeftijden. Bij een pasgeboren baby is de grijpreflex al ontwikkeld, die vervolgens specifieker wordt. Het kind neemt de wereld steeds meer met zijn handen waar en leert uiteindelijk verschillende objecten bewust te grijpen. Bij de ontwikkeling van de fijne motoriek wordt onderscheid gemaakt tussen verschillende vormen van grijpen, zoals

  • Kruipen
  • Go
  • Hardlopen (en de verschillende subformulieren)
  • Springen (ook in de verschillende variaties, zoals: springen, kronkelen, touwtjespringen)
  • Het werpen
  • het worstelen
  • Beklimming
  • hijs-
  • ...
  • Het handvat van de aap
  • Het schaarhandvat
  • Het handvat van de pincet
  • De puntige handgreep (die nodig is om een ​​potlood vast te houden)
  • ...
  • De mogelijkheid om vingers geïsoleerd van elkaar te bewegen en om verschillende (gemengde) vormen van grepen te gebruiken.
  • Bruto motoriek
  • Fijne motoriek

Bevordering van motorische vaardigheden

De promotie en training van de motorische gebieden is van elementair belang en moet in de kinderschoenen worden gepromoot - vrijelijk onder het motto: Wat Hans niet leert, leert Hans nooit meer, of liever gezegd moeilijk. Alle gebieden die al zijn genoemd in de beschrijving van de twee motorische gebieden, dienen ter bevordering van de motorische vaardigheden. Beweging kan alleen door beweging worden geleerd!

Wees een rolmodel en vermijd onder alle omstandigheden de louter consumerende houding (te veel televisie, te veel computerspelletjes, enz.). Zorg ervoor dat u sportactiviteiten kunt beoefenen. Als er tekorten zijn in de morotische ontwikkeling, kan therapeutische interventie worden ondernomen.

Men spreekt van een zogenaamde psychomotorische therapie, die naast spieropbouwende elementen ook de verschillende bovengenoemde waarnemingsgebieden behandelt. Er zijn ook verschillende materialen en apparaten die de motorische gebieden kunnen trainen en verbeteren. Alles dat het gevoel van evenwicht is van enorm belang.