Wat is een borstreconstructie?
In sommige gevallen wordt vanwege borstkanker de borst geamputeerd (mastectomie). Na deze procedure willen veel vrouwen de afwezigheid van één of beide borsten verbergen. Naast borstprothesen bestaat hier ook een blijvende oplossing voor: borstreconstructie.
Bij deze plastisch-reconstructieve operatie wordt de vorm van de borst en de tepel hersteld – hetzij met implantaten, hetzij met autoloog weefsel, bijvoorbeeld autoloog vet. Als een eenzijdig geamputeerde borst wordt gereconstrueerd, moet de resterende borst vaak een aanpassingsoperatie ondergaan – zodat het eindresultaat symmetrisch is.
Hoe verloopt een borstreconstructie met autoloog vet?
Na een borstamputatie is het mogelijk de borst te reconstrueren met autoloog weefsel of de borsten weer esthetisch uit te lijnen. Eén manier om dit te doen is met autologe vetweefseltransplantatie (EFT), ook wel lipofilling of autologe vetoverdracht genoemd.
Borstreconstructie met autoloog weefsel: andere methoden.
Naast lipofilling zijn er ook borstreconstructiemethoden waarbij gebruik wordt gemaakt van ander autoloog weefsel. Bij een borstreconstructie met spieren wordt gebruik gemaakt van een zogenaamde TRAM-flap (transversale rectus abdominalis-flap). Bij deze procedure wordt dwars uit de onderbuik een huidvetweefselflap genomen samen met een deel van de rechte buikspier. Het wordt in de borststreek getransplanteerd als een “gesteelde” of “vrije” flap.
- Bij een “gesteelde” TRAM-flap worden de bevoorradingsvaten niet doorgesneden. Ze moeten lang genoeg zijn om de huid-vetweefsel-spierflap naar de borst te laten draaien.
- In een “vrije” flap worden de vaten doorgesneden. Dus nadat deze in het borstgebied is geënt, moet de flap microchirurgisch worden gehecht met nieuwe bloedvaten om voldoende weefseltoevoer te garanderen.
Borstreconstructie met autoloog weefsel: voor- en nadelen
Een borstreconstructie met autoloog weefsel ziet er meestal natuurlijk uit en is duurzamer dan het plaatsen van borstimplantaten. Latere correcties zijn zeer zelden nodig. Bovendien zijn er bij dit type borstreconstructie geen problemen met bestralingstherapie.
Aan de andere kant is borstreconstructie met autoloog weefsel complexer en gaat gepaard met meer complicaties dan het inbrengen van implantaten. Soms zijn vervolgoperaties noodzakelijk. Bovendien laat het verwijderen van weefsel grotere littekens achter op het aangetaste deel van het lichaam.
Het verwijderen van een weefselflap met spier (zoals bij de TRAM-flap) heeft als nadeel dat er bewegingsbeperkingen, spierzwakte en pijn in de verwijderingszone kunnen optreden. Bij het verwijderen van een weefselflap zonder spieren (zoals bij de DIEP-flap) is dit niet het geval.
Bij een borstreconstructie met autoloog vet kan het voorkomen dat het lichaam het vet weer afbreekt en op een later tijdstip een nieuwe procedure nodig zal zijn.
Borstreconstructie met implantaten
Als alternatief voor reconstructie met autoloog vet laten sommige vrouwen hun borsten vergroten met implantaten. Voor dit doel gebruiken artsen meestal plastic kussens met een vulling van siliconengel. Er zijn ook implantaten gevuld met een zoutoplossing. Dergelijke implantaten worden meestal alleen als tijdelijke oplossing gebruikt. De implantaten worden tijdens een operatie onder de huid ingebracht, boven of onder de borstspier.
Borstreconstructie met implantaten: voor- en nadelen
Een borstreconstructie met implantaten is een relatief korte, eenvoudige operatie die weinig risico's met zich meebrengt. Vergeleken met een borstreconstructie met autoloog weefsel veroorzaakt deze doorgaans minder pijn en ontstaan er geen extra grote littekens (bijvoorbeeld op de buik of de rug door het verwijderen van autoloog weefsel). Wondgenezing is vrij snel voltooid.
Als reactie op de siliconenimplantaten omringt het lichaam ze met bindweefsel. Onder bepaalde omstandigheden leidt dit tot verharding, waardoor in het ergste geval het implantaat wordt samengedrukt en pijn en vervorming van de borst ontstaat. Als dergelijke kapselfibrose optreedt, wordt het implantaat meestal vervangen.
Radiotherapie is soms problematisch bij borstimplantaten.
Wat is de procedure voor borstreconstructie na borstkanker?
Een borstreconstructie is in principe op elk moment mogelijk – hetzij direct in combinatie met een borstamputatie (primaire reconstructie, eenfaseprocedure) of als afzonderlijke procedure op een later tijdstip (secundaire reconstructie, tweefaseprocedure). Primaire reconstructie (direct na amputatie) is voor sommige vrouwen psychologisch minder belastend.
De operatie zelf wordt uitgevoerd onder algemene anesthesie. Hoe lang de operatie duurt en hoe lang de patiënt in het ziekenhuis moet blijven, verschilt van persoon tot persoon en is ook afhankelijk van de chirurgische ingreep. Soms zijn vervolgoperaties nodig, bijvoorbeeld om de andere borst operatief aan te passen of de tepel te reconstrueren.
Reconstructie van de tepel
Reconstructie van de tepel gebeurt met eigen huidweefsel van de patiënt, bijvoorbeeld van de andere tepel of de buik, of door middel van tatoeage in een gespecialiseerde kliniek of praktijk.