Wat zijn bloedgasniveaus?
We kunnen zuurstof (O2) inademen en koolstofdioxide (CO2) uitademen via onze longen:
Ons bloed neemt de O2 in de longen op – de partiële zuurstofdruk (pO2-waarde) in het bloed neemt toe (dit weerspiegelt de hoeveelheid opgeloste zuurstof in het bloed). Het hart pompt het zuurstofrijke bloed door het lichaam. In de verschillende weefsels en organen kunnen de cellen de zuurstof uit het bloed opnemen en gebruiken om energie op te wekken. Hierbij ontstaat CO2, dat vrijkomt in het bloed en zo naar de longen wordt getransporteerd, waar we het uitademen. Hierdoor neemt de hoeveelheid opgeloste kooldioxide in het bloed (partiële kooldioxidedruk, pCO2-waarde) weer af.
Als de long- of hartfunctie verstoord is, kan de arts dit detecteren door naar de bloedgaswaarden te kijken. Vooral bij patiënten die op de intensive care worden behandeld, helpen regelmatige metingen van bloedgassen bij de monitoring.
Zuur-base evenwicht
Als je meer wilt weten over dit onderwerp, lees dan het artikel Zuur-Base Balans.
bicarbonaat
Alles wat belangrijk is over deze laboratoriumwaarde leest u in het artikel Bicarbonaat.
Wanneer bepaal je de bloedgaswaarden?
De arts bepaalt de bloedgaswaarden om indicaties te krijgen van de hart- en longfunctie en de nierfunctie (de nieren spelen een belangrijke rol in de zuur-base balans). Bloedgaswaarden kunnen dus worden gebruikt om zowel ademhalings- als stofwisselingsziekten op te sporen. Deze meting is echter meestal alleen nodig bij ernstig zieke patiënten.
Achter gewijzigde bloedgaswaarden kunnen de volgende oorzaken schuilgaan:
- Ziekten en disfuncties van de longen
- Ziekten en disfuncties van de nieren
- ernstige stoornissen in de bloedsomloop
- stofwisselingsstoornissen zoals diabetes mellitus
Bloedgaswaarden: Normale waarden
Om de bloedgaswaarden te bepalen, neemt de arts gewoonlijk een klein bloedmonster uit een slagader. Voor volwassenen gelden de volgende normale waarden:
Normaal bereik |
|
pO2-waarde |
71 – 104 mm Hg |
pCO2-waarde |
Vrouwen: 32 – 43 mmHg |
PH waarde |
7,36 - 7,44 |
Eigen risico (BE) |
-2 tot +2 mmol/l |
Standaard bicarbonaat (HCO3-) |
22 – 26 mmol/l |
94 - 98% |
De waarden moeten altijd worden beoordeeld in samenhang met de referentiewaarden van het betreffende laboratorium. Daarom zijn afwijkingen van de opgegeven waarden mogelijk. Leeftijd speelt ook een rol, dus verschillende waarden worden als normaal beschouwd voor kinderen en adolescenten.
Wanneer zijn de bloedgaswaarden te laag?
Als de pO2-waarde te laag is, is de reden meestal dat er niet voldoende zuurstof via de longen kan worden opgenomen of met het bloed in het lichaam kan worden verspreid. Typische ziekten die dit veroorzaken zijn onder meer:
Een andere reden voor verlaagde bloedgaswaarden kan een te lage zuurstofconcentratie in de ademlucht zijn. Dit kan bijvoorbeeld worden waargenomen bij bergbeklimmers die in hoge bergen reizen. Verhoogde consumptie tijdens lichamelijke inspanning zorgt er ook voor dat de pO2-waarde in het bloed daalt.
Wanneer is het bloedgasniveau te hoog?
Terwijl je tijdens het hyperventileren veel CO2 uitademt, verrijk je tegelijkertijd het bloed met O2. Een toename van het zuurstofaandeel in de lucht die we inademen, veroorzaakt ook een toename van de pO2. Dit wordt bijvoorbeeld gebruikt tijdens anesthesie.
Vaak wordt de pCO2-waarde verhoogd als de pO2-waarde wordt verlaagd. Een vermindering van de ademhalingsproductie betekent dat de in het lichaam geproduceerde CO2 niet langer kan worden uitgeademd. Dit wordt ook wel respiratoire globale insufficiëntie genoemd. Omdat de kooldioxide in het bloed ook de pH-waarde verlaagt en daardoor het lichaam verzuurt, wordt deze aandoening respiratoire acidose genoemd.
Wat moet u doen als de bloedgaswaarden veranderen?
Om verlaagde pCO2-waarden bij hyperventilatie tegen te gaan, helpt het vaak om de patiënt langzaam in en uit een zak te laten ademen.
Over het algemeen hangt de manier waarop veranderde bloedgaswaarden in individuele gevallen worden behandeld af van de oorzaak en de ernst ervan.