Bloedcultuur

Bloed cultuur beschrijft een microbiologische procedure die probeert groeien bacteriën gevonden in de bloed, waardoor ze worden gedetecteerd of geïdentificeerd.

De procedure

Een tot twee bloed monsters worden genomen van de patiënt op het moment van de koorts spike en gemengd met een voedingsoplossing (bloedkweekfles) in een fles om de bacteriën naar groeien optimaal.

Om de kans op een positieve bloedkweek te vergroten, moet deze procedure mogelijk meerdere keren worden herhaald.

De bloedkweekflessen worden enkele dagen bij een temperatuur van 37 ° C in een incubator geïncubeerd. De teelt wordt uitgevoerd met twee verschillende gasmengsels. Een bloedkweekfles bevat meer zuurstof en wordt gebruikt om aërobe ziekteverwekkers (zogenaamde aerobe bacteriën) op te sporen; de andere bloedkweekfles bevat meer carbon dioxide en wordt gebruikt om anaërobe pathogenen (zogenaamde anaëroben) op te sporen bacteriën kan worden gekweekt, wordt een exacte bepaling van de ziekteverwekker en een resistentietest uitgevoerd.

Na gericht therapie - bijv. Voor endocarditis: er worden twee bloedmonsters genomen aan het einde van de doseringsintervallen.

Materiaal vereist

EDTA-bloed; incubeer bloed in voorverwarmde flessen; bij vitale indicatie zo snel mogelijk naar het laboratorium vervoeren.

Opmerking: De kans op een positief microbiologisch resultaat hangt af van het aantal genomen monsters en het tijdstip van afname. De Duitse Vereniging voor Hygiëne en Microbiologie geeft de volgende aanbeveling:

  • Sepsis met intermitterende koorts.
    • Dag 1: 1-2 verzamelingen vroeg in de koorts piek voor antibioticum therapie.
    • Dag 2: 2 opnames aan het einde van de toedieningsintervallen van antibiotica.
  • Koortsaandoening met continua
    • Dag 1: 2-3 collecties, met een tussenpoos van minimaal een uur, bij voorkeur 2 voor aanvang therapie.
    • Dag 2: 2-3 opnames, met een tussenpoos van minstens een uur of aan het einde van de toedieningsintervallen van antibiotica.
  • Vermoedelijke endocarditis (endocarditis van de hart-).
    • Dag 1: minimaal 3 inzamelingen voor aanvang van de therapie, indien mogelijk bij aanvang van koortsstijging.
    • 2e dag: ten minste 3 opnames, in refractaire vormen aan het einde van de doseringsintervallen.

Inoculeer eerst de anaërobe fles, gevolgd door de aërobe fles. Na de inoculatie de flessen kort ronddraaien.

Voorbereiding van de patiënt

  • Uitgebreide desinfectie van de prik site.
  • Optimale tijd is de koortsstijging: hier twee bloedafnames.

Storende factoren

  • Geen bekend

Indicaties

  • Sepsis ("bloedvergiftiging")
  • Koorts met een onverklaarbare oorzaak
  • Intermitterende koorts
  • Koorts bij immuungecompromitteerde patiënten (patiënten met hiv of patiënten die chemotherapie).
  • Endocarditis (endocarditis).
  • Longontsteking (longontsteking)

Interpretatie

Ziektekiemen die vaak worden gedetecteerd:

  • Staphylococcus aureus
  • Staphylococcus epidermidis
  • Enterococcus
  • Vergroening van streptokokken
  • Streptococcus pneumoniae
  • E. coli
  • Anaëroben

Verdere opmerkingen

  • In principe allemaal kiemen gedetecteerd in bloedkweek worden als pathogeen (pathologisch) beschouwd. Wel dient opgemerkt te worden dat vervuiling (vervuiling) door kiemen van de huid flora en lucht kunnen voorkomen (bijv. Staphylococcus epidermidis, aerobe sporenvormers, propionibacteriën, dit zijn grampositieve bacteriën die behoren tot de natuurlijke microbiële flora van de huid​ Als deze kiemen worden gedetecteerd in meer dan één van de bloedmonsters, dan spreekt dit tegen besmetting.