Anus: structuur, functie en ziekten

De anus of anus dient als het eindsegment van het spijsverteringssysteem voor gecontroleerde ontlasting en zorgt voor de continentie van de rectum (rectum). De meeste klachten in de anale regio zijn over het algemeen ongevaarlijk, maar worden in veel gevallen niet opgehelderd door valse schaamte.

Wat is de anus?

Schematisch diagram met de anatomie van de rectum or anus, evenals de sluitspieren. Klik om te vergroten. De anus (ook anus) is de uitscheidingsopening van het maagdarmkanaal of rectum​ Als onderdeel van het spijsverteringsstelsel zorgt de anus voor gecontroleerde ontlasting (lediging van de ontlasting) en als rectale sluitspier voor fecale continentie. In dit opzicht wordt de anus voornamelijk gemodelleerd door een interne en externe ringspier, waarvan de spieractiviteit, in samenwerking met andere structuren van de spijsverteringskanaal, controleert ontlasting.

Anatomie en structuur

De anus wordt voornamelijk gevormd door twee grote ringspieren. De binnenste ringspier, bekend als de sfincter ani internus spier, die autonoom functioneert, dat wil zeggen, onafhankelijk van de menselijke wil, is samengesteld uit gladde spieren die zich naadloos uitstrekken vanaf de rectale tunica muscularis (gladde spierlaag van het rectum). Deze wordt gescheiden van de buitenste ringspier van de anus, de sfincter ani externus spier, door een longitudinaal dwarsgestreepte spierlaag. De transversaal gestreepte sfincter ani externus spier heeft vezels lopend in een lus en is verdeeld in de pars subcutanea, pars superficialis en pars profunda. De externe sluitspier wordt vrijwillig geïnnerveerd via de nervus pudendus, en zijn ontspanning initieert ontlasting via de anus. Het eindsegment van het rectum, gevormd door de sluitspieren en ongeveer 4 cm lang, wordt het anale kanaal (canalis analis) genoemd en vormt het lumen van de anus. Het anale kanaal is omzoomd door zakvormige anale crypten, dit zijn uitscheidingskanalen van de glandulae anales (anale klieren) die slijmafscheidingen afscheiden in de canalis analis. Posterieur (naar achteren) is de anus verbonden met de coccygeale wervels (Os coccygis) door een bindweefsel ligament (Ligamentum anococcygeum), terwijl anterieur (naar de buik), de urinebuis (mannelijk) of vagina (vrouwelijk) ligt direct naast de anus.

Functies en plichten

De twee ringvormige sluitspieren, in interactie met de levator ani-spier, regelen het ontlastingsproces en functioneren dienovereenkomstig samen als de rectale sluitspier. De interne sluitspier voorkomt onvrijwillige ontlasting. Wanneer de darminhoud het rectum binnendringt tijdens de passage door het maagdarmkanaal, worden rekreceptoren op de wand van het rectum gestimuleerd, waardoor de interne sluitspier wordt verwijd, terwijl de externe toon) van het spierstelsel. Bovendien veroorzaakt de externe anale sluitspier dilatatie van de zogenaamde plexus venosus rectalis (rectale veneuze plexus), die bovendien de anus afsluit en lekkage van darmgassen voorkomt. In aanvulling op, contracties van de interne ringspier ervoor zorgen dat bloed kan niet terugstromen. Dit vult het aambeien en zorgt voor een fijne afdichting van het rectum. Als vulling volume toeneemt, de drang om te poepen bouwt. Vrijwillig ontspanning van de externe ringspier initieert de ontlasting, waarbij de interne sluitspier ook ontspant. De ontlasting wordt ondersteund door de reflexcontractie-activiteit van het deel van de dikke darm dat zich tussen het rectum en de sigmoïde (rectosigmoid) bevindt en door de verhoging van de anus door de levator ani-spier. De zogenaamde buikpers, de gelijktijdige samentrekking van de diafragma en de buik en bekkenbodem spieren, kunnen bovendien de ontlasting via de anus versnellen.

Ziekten

De anus kan worden aangetast door verschillende aandoeningen en ziekten, hoewel ze in de meeste gevallen onschadelijk zijn. Een van de meest klinisch relevante aandoeningen van de anus is bijvoorbeeld perianaal trombose (ook wel anale trombose genoemd), waarbij een veneuze trombose (bloed bloedstolsel) aanwezig is in het uitwendige gebied van de anus of in de veneuze plexus als gevolg van langdurig zitten (stasis) of permanente persactiviteiten. trombose moet worden onderscheiden van een perianaal abces, die wordt gekenmerkt door etterig ontsteking in de weefselstructuren rond de anus en wordt meestal veroorzaakt door een bacteriële infectie. Bovendien volgt conservatief therapie voor perianaal trombose, zogenaamde marisques (huid plooien) kunnen ontstaan, die vatbaar zijn voor infectie als de anale hygiëne onvoldoende is en dat wel kan leiden tot dermatitis en pruritus (jeuk). tevens de huid van het anale kanaal kan scheuren (anale kloof) als bloed stroom naar het anale kanaal huid verminderd is, de tonus van de sluitspier (toestand van spanning van de ringspieren) is verhoogd, en / of constipatie (obstipatie) is aanwezig. Een veel voorkomende voorwaarde van het anale gebied is hemorrhoidale ziekte, die wordt geassocieerd met vergroting van de hemorrhoidale bloedkussens, de ringvormige arteroveneuze vaatkussens die voor fijne continentie zorgen. In zeldzame gevallen kunnen anale carcinomen (kwaadaardige tumoren) optreden. Bovendien kunnen ook genetische misvormingen van de anus worden waargenomen, zoals atresia ani (verstopte anus).

Typische en veel voorkomende ziekten

  • Anaal ongemak (anaal ongemak)
  • Fecale incontinentie
  • Anale kloof (anale kloof)
  • Anale fistel
  • Anale jeuk (jeuk aan de anus)
  • Pijn tijdens ontlasting